B Netwerk
Gebruik van de netwerkfuncties
Door aan te sluiten op het netwerk kunt u de volgende functies bedienen:
• Controleren van de huidige status van de projector via een Web browser.
• Op afstand bedienen van de projector via een Web browser.
• Het e-mailrapport ontvangen via de projector.
• Invoeren van netwerkinstellingen voor de projector.
• Ondersteunt netwerkbewaking, controleprotocol (Advertisement, PJ Talk, PJ Link, AMX
DDDP [Dynamic Device Discovery Protocol]).
Opmerkingen
• De menuweergaven die worden gebruikt voor de onderstaande uitleg kunnen afwijken en zijn
afhankelijk van het model dat u gebruikt.
• Ondersteunde Web browsers zijn Internet Explorer 6/7/8.
• Het menu geeft alleen Engels weer.
• Als de browser van uw computer is ingesteld op [Use a proxy server] wanneer u toegang hebt tot
de projector vanaf uw computer, klikt u op het vinkje om toegang zonder het gebruik van een proxy
server in te stellen.
Weergave van het controlevenster van de projector met een Web
browser
1
Sluit de LAN-kabel aan.
LAN-kabel
(recht type) (niet
meegeleverd)
LAN-aansluiting
Hub, router, enz.
2
Stel de netwerkinstellingen voor de
projector in met gebruik van "LAN
Settings" op het Connection/Power-
menu (pagina 27).
3
Start een web browser op de computer,
voer het volgende in het adresveld, en
druk vervolgens op de Enter-toets op uw
computer.
http://xxx.xxx.xxx.xxx
(xxx.xxx.xxx.xxx: IP-adres voor de
projector)
U kunt het IP-adres van de projector
bevestigen onder "LAN Settings" op het
Connection/Power-menu (pagina 27).
Het volgende venster verschijnt in de
Web browser:
Wanneer u de netwerkinstellingen hebt
ingevoerd, kunt u het controlevenster
alleen openen door stap 3 van deze
procedure uit te voeren.
Gebruik van de netwerkfuncties
31