B Een afbeelding projecteren/aanpassen
Een afbeelding projecteren
De grootte van het geprojecteerde beeld is afhankelijk van de afstand tussen de projector en het
scherm. Installeer de projector zodanig dat het geprojecteerde beeld op het scherm past. Voor
meer informatie over de projectieafstand en de grootte van het geprojecteerde beeld, raadpleegt
u
"Projectieafstand" (pagina 58)
Projector
1
Steek het netsnoer in het stopcontact.
2
Sluit alle apparatuur aan op de
projector (pagina 9).
3
Druk op de ?/1 -toets om terug te
keren naar de eenheid.
4
Schakel de aangesloten apparatuur in.
5
Selecteer de juiste invoerbron.
Druk op de INPUT-toets op de projector om
het menu waarin u het invoersignaal op het
scherm kunt omwisselen, weer te geven.
Druk meerdere keren op de INPUT-toets of
druk op de
/
V
v
geprojecteerd moet worden te selecteren.
14
Een afbeelding projecteren
.
1
-toets om een beeld dat
3
4
2
Video-apparatuur
Stopcontact
Computer
6
Wanneer u een computerbeeld
projecteert, wissel de uitvoer van uw
computer om naar externe weergave.
De methode om de uitvoer om te
schakelen hangt af van het type computer.
(Bijvoorbeeld)
Om beeldbestanden op een USB-
geheugenapparaat te projecteren, raadpleeg
"USB Media Viewer" (pagina 39). Om een
beeld te projecteren aan de hand van een
USB-aansluiting, raadpleeg "Een beeld
projecteren aan de hand van een USB-
aansluiting" (pagina 38). Om
Presentatiefunctie via netwerk te gebruiken,
raadpleeg "Presentatiefunctie via netwerk"
(pagina 35).
5
6