Externe sonde (optioneel)
Sluit de sonde aan op de betreffende klemmen. De elektrische kabel die de ketel met de externe
sonde verbindt mag een lengte hebben van maximaal 50 m. Een normale tweedraadskabel kan worden
gebruikt.
De externe temperatuurvoeler moet bij voorkeur op de wand aan de noord-, noordoostkant worden
geïnstalleerd of op de wand waaraan het grootste gedeelte van het meest gebruikte vertrek grenst. De
voeler mag nooit aan de ochtendzon worden blootgesteld, en mag in het algemeen, indien mogelijk,
niet aan directe zonnestralen worden blootgesteld; indien noodzakelijk de voeler afschermen.
De sonde mag in ieder geval niet dichtbij ramen, deuren, ventilatieopeningen, afvoerleidingen of war-
mtebronnen worden geïnstalleerd, omdat hierdoor de betrouwbaarheid van de lezing nadelig beïnvloed
kan worden.
50
N
N W
afb. 10
afb. 9
Econcept 35 A