7.n.8.3 Volg
3 Volg
>Nee
Als dit is ingesteld op Ja, worden alle toegangsgebeurtenissen van deze
gebruiker verstuurd van de deurcontrollers naar de centrale en opgeslagen in het
logbestand ervan, zodat de centraleoperator hem kan volgen.
7.n.8.4 Bevoorrecht
4 Bevoorrecht
>Nee<
Als dit is ingesteld op Ja, kan de gebruiker de anti-passback functionaliteit
onderdrukken en toegang krijgen tot regio's die voor een normale gebruiker
beperkt zouden moeten zijn vanwege anti-passback beperkingen.
7.n.8.5 Uitgebreide toegang
5 Uitg.toegang
>Nee<
Als dit is ingesteld op Ja, wordt de gebruiker een verlengde
deurontgrendelingstijd verleend na gebruik van een geldige kaart of invoeren van
een PIN-code. De verlengde tijd wordt voor elke deur afzonderlijk ingesteld.
7.n.8.6 Toeg. gebruikerstype
6 Toeg.gebr.type
>Normaal<
Hiermee wordt het type gebruiker gedefinieerd voor een hogere mate van
beveiliging.
•
Normaal: Normale werking.
•
Dubbele validatie: Hierbij zijn twee geldige gebruikerscodes of -kaarten
vereist om een alarm- of toegangscontrolefunctie uit te voeren.
•
Bewaker: Met de code of kaart van de gebruiker kunnen alleen functies
worden uitgevoerd wanneer deze code of kaart wordt gebruikt in combinatie
met een code of kaart van een bezoeker.
•
Bezoeker: Hiermee is een code of kaart vereist van een gebruiker die het
gebruikerstype Bewaker heeft.
•
High security gebruiker: alleen wanneer een vereist aantal van die gebruikers
binnen een regio met high security wordt bereikt, mogen er ook normale
gebruikers binnen zijn.
7.n.9 Selecteer modus
9 Select modus
>Gebieden<
Afhankelijk van de selectie werkt de gebruiker met gebieden of gebieden
groepen. De volgende opties zijn beschikbaar:
•
Gebieden. De gebruiker kan slechts bepaalde gebieden inschakelen en
uitschakelen. Dit is de standaardinstelling.
Managershandleiding AXON-bedieningspaneel
47