Woordenlijst
Actie
Actielijst
Activering
Alarm
Alarm doormelding
Alarmcontrole
Alarmkiezer
Anti-passback
Audioapparaat
Automatisch
inschakelen
Brandalarm
Centrale
Conditiefilter
Cursor
Detectortest
Managershandleiding AXON-bedieningspaneel
Actie is een geprogrammeerde functie voor de gebruiker, die automatisch
kan worden uitgevoerd volgens het geprogrammeerde schema.
Met actielijsten kunnen geconfigureerde acties worden gegroepeerd. Ze
kunnen automatisch worden uitgevoerd volgens het geprogrammeerde
schema.
Activeringen zijn systeemvariabelen die kunnen worden gebruikt in
conditiefilters om uitgangen op afstand te sturen. Iedere activering heeft 7
onafhankelijke vlaggen die (opnieuw) kunnen worden ingesteld. De
vlaggen kunnen worden gecontroleerd door diverse opties, bijvoorbeeld:
tijdschema, SMS-opdracht, fob, pc-software.
De status van een beveiligingssysteem wanneer een op een ingang
aangesloten detector wordt geactiveerd, terwijl het gebied in een
dusdanige toestand is dat activering moet worden gesignaleerd.
Bijvoorbeeld, een ingang wordt geactiveerd in een ingeschakeld gebied
waardoor de sirene en PAC geactiveerd worden.
Een procedure voor het doormelden van alarmen of andere
gebeurtenissen naar de particuliere alarmcentrale door middel van een
alarmkiezer.
De controle over de alarmfuncties.
Een elektronische module waarmee het AXON-systeem alarmen en
andere gebeurtenissen naar een alarmcentrale kan sturen. Kan ook
gebruikt worden voor up- en downloaden.
Met de anti-passback-functie kunnen gebruikers van de ene regio naar de
andere doorgaan. Het tweemaal achtereen betreden van een regio is of
niet mogelijk of resulteert in een gebeurtenis welke in het logbestand
wordt vastgelegd en wordt gemeld aan de operator.
Audioapparaten worden gebruikt voor de alarmverificatie van tweekanaals
audio.
Een automatische instelling van het pand wordt gestart door een
tijdschema. Zie Tijdschema.
Een alarm dat wordt veroorzaakt door brand- of rookmelders.
Een elektronische module dat gebruikt wordt voor het verzamelen van
gegevens over het pand. Al naar gelang de programmering en status van
de gebieden, genereert deze module alarmsignalen. Er kunnen
desgewenst alarmen en andere gebeurtenissen bij de alarmcentrale
worden gemeld.
Een aantal regels dat wordt opgesteld aan de hand van gebeurtenissen
en logische vergelijkingen. Hiermee kunt u de uitgangen en
gebruikersgroepen controleren.
Een knipperend streepje op het LCD dat aangeeft waar het volgende
teken zal verschijnen, wanneer het ingevoerd wordt via de GI.
Een alarmsysteemfunctie voor detectoren met een speciale testingang.
Na het activeren van de testingang voor de detector, controleer de
centrale of de detector een correct alarmsignaal naar het systeem
verzendt. Met deze functionaliteit kunnen detectoren worden getest die
moeilijk toegankelijk zijn.
93