4. Gebruik
Het eerste gebruik
Als de Runner DTM500
klaar om op te trainen. U heeft nu twee opties:
Optie 1
U kunt direct beginnen met trainen door de loopband in te schakelen met de on/ off knop en
door vervolgens op Start te drukken, de loopband begint dan te draaien. U kunt de snelheid
en hellingshoek naar wens aanpassen door de daarvoor bedoelde instel toetsen te gebruiken
(zie pagina 20). U bevind zich nu in het handmatige programma (M).
Optie 2
U kunt kiezen voor één van de 3 trainingsprogramma's waar de Runner DTM500
loopband
uitgelicht.
Navigeren door de menu's
Wanneer de
Met de MODE-toets kunt u door de verschillende programma's bladeren, en met Start bevestigt u.
Met de + toets verhoogt u de snelheid, met de - toets verlaagd u de snelheid.
Om het incline level in te stellen gebruikt u de Up en Down/ set toetsen.
Na de programma selectie kunt u de +/- toetsen gebruiken om de parameters in te stellen,
met Set wisselt u van parameter. De bij de programma's instelbare parameters zijn: time,
distance, calories en body fat. Parameters die op de waarde 0 worden ingesteld zullen
gedurende de training oplopen, zodat de voortgang hiervan tijdens de training bij is te
houden. De parameters die op een waarde hoger dan 0 zijn ingesteld zullen aftellen totdat
deze op 0 staan. U kunt altijd op de START/STOP-toets drukken om te starten met trainen, niet
ingestelde parameters zullen dan op 0 ingesteld blijven.
Met de START/STOP-toets kan de training altijd worden gepauzeerd, door vervolgens nog
een keer op deze toets te drukken wordt de training weer hervat. Door de START/STOP-toets
enkele seconden ingedrukt te houden zal de computer gereset worden.
21
loopband
volledig juist is gemonteerd en aangesloten, is deze
over beschikt. Deze programma's worden op de volgende pagina verder
loopband
wordt ingeschakeld met de on/ off knop, komt u direct in het hoofdmenu.