Operators moeten gehoorbescherming dragen bij het in bedrijf stellen van de positioner
2.1 Meet- en werkbereiken van de klepstandsteller
Werkbereik voor lineaire servomotoren:
H e t w e r k b e r e i k v o o r l i n e a i r e
s e r v o m o t o r e n b e d r a a g t ± 4 5 °
symmetrisch t.o.v. de lengteas. De
bruikbare span binnen het werkbereik
bedraagt minstens 25° (aanbevolen
waarde 40°). De bruikbare span hoeft
niet noodzakelijk symmetrisch ten
opzichte van de lengteas te lopen.
W e r k b e r e i k
v a n
servomotoren:
De bruikbare span bedraagt 90° en
moet geheel binnen het meetbereik
liggen, maar hoeft niet noodzakelijk
symmetrisch ten opzichte van de
lengteas te lopen.
Opmerking
Zorg er bij de installatie voor dat de
heen- en terugslag van de servomotor
of de draaihoek voor positiefeedback
correct wordt uitgevoerd.
2.2 Bevestiging van een volggeleider aan de servomotor
1.
Draai de schroeven handvast aan
2.
Bevestig de volggeleider (1) en de klemplaten (2) met
schroeven (4) en veerringen (3) aan de aandrijfstang.
IM-P706-05-NL CTLS-UKn-2
2. Installatie
r o t e r e n d e
SP7-10, SP7-11 en SP7-12 Digitale klepstandsteller
Fig. 1
(1) Meetbereik
(2) Werkbereik
Fig. 2
3