Probleemoplossing
■ Na het naaien
Symptoom
Bovendraad is niet juist ingeregen.
Draadspanning is
onjuist.
Spoel is niet juist geplaatst.
Ongeschikte naald of draad voor gekozen stof.
Persvoethouder is niet juist bevestigd.
Draadspanning is niet juist ingesteld.
Onderdraad onjuist opgewonden.
Naald is verdraaid, verbogen of de punt is
stomp.
U gebruikt niet een van de spoelen die speciaal
voor deze machine is ontworpen.
Patrooninstellingen waren onjuist.
Letterpatronen of
decoratieve
patronen zijn niet
goed uitgelijnd.
U hebt niet de juiste persvoet gebruikt.
Patroon wordt niet
goed genaaid.
Geen steunstof gebruikt op dunne stof of
stretchstof.
Draadspanning is niet juist ingesteld.
Tijdens het naaien is de stof getrokken, geduwd
of scheef doorgevoerd.
De draad zit verstrikt, bijvoorbeeld in het
spoelhuis.
A-20
Waarschijnlijke oorzaak
Remedie
Raadpleeg de stappen voor het inrijgen van de
naaimachine en rijg de machine juist in.
Plaats de spoel opnieuw. (Als u de steekplaat
hebt verwijderd, plaatst u deze terug en draait u
de schroeven stevig vast alvorens het spoelhuis
te installeren. Controleer of de naald midden in
de opening in de steekplaat gaat.)
Raadpleeg de tabel "Stof/draad/naald-combinaties".
Bevestig de persvoethouder op de juiste wijze.
Pas de draadspanning aan.
Gebruik een spoel die juist is opgewonden.
Vervang de naald.
Onjuiste spoelen werken niet goed. Gebruik
alleen spoelen die voor deze machine zijn
ontworpen.
Wijzig de patrooninstellingen.
Bevestig de juiste persvoet.
Bevestig steunstof.
Pas de draadspanning aan.
Leid tijdens het naaien de stof met uw handen,
zodat de stof in een rechte lijn wordt
doorgevoerd.
Verwijder de verstrikte draad. Als de draad is
verstrikt in het spoelhuis, reinig dan de grijper.
Pagina
B-19
B-16, A-2
B-26
B-30
B-39, A-7
B-13
B-27
B-13
D-7
B-30
S-4, D-3
B-39, A-7
B-33
A-8