10.3 AFLOPEND MAAIEN _______________________________________________________
N.B: De pijl geeft de rijrichting aan.
Mogelijk probleem
Instellingen maaihoogte zijn verschillend van de ene kant van
een snijeenheid ten opzichte van de andere of van een
snijeenheid ten opzichte van een andere.
Versleten cilinderlagers of casterwielen van het dek.
Beweging van de snijeenheid wordt beperkt.
Verschillen in dichtheid van de graszoden
Rijhoogte van de machine is ongelijk van de ene kant tot de
andere.
Hoogte van de snijeenheid is ongelijk van de ene kant tot de
andere.
All manuals and user guides at all-guides.com
Aflopend maaien komt voor als het gras aan één kant van
een haspel of snijeenheid langer wordt gemaaid dan aan
de andere kant. Dit wordt meestal veroorzaakt door
mechanische slijtage of een onjuiste aanpassing van een
cilinder of maaihoogte.
TN0221
Controleer de aanpassing van de maaihoogte van de snijeenheden.
(Zie de onderdelen & onderhoudshandleiding).
Cilinderlagers en/of dekcasterwielen controleren/vervangen.
Controleer/verwijder obstructie die de beweging van de snijeenheid
belemmert.
De maairichting veranderen.
Controleer de juiste bandenspanning en pas deze aan. (Zie de
onderdelen & onderhoudshandleiding).
Gelijke gewichtsverdeling van de maaier controleren/aanpassen.
MAAIKWALITEIT
Oplossing
10
nl-51