Inhoudsopgave
Advertenties
Temperatuurregeling met behulp van een externe temperatuursensor (niet aanbevolen voor ZXDY
aggregaten)
De temperatuur van een koelruimte of koelmeubel kan ook geregeld worden met behulp van een externe
temperatuursensor (Analoge Input AI7, component B7 in aansluitschema) (NTC, 10 kΩ, voor een
gedetailleerde temperatuur-weerstands-curve kijken naar Bijlage 7). De sensor kan geplaatst worden aan
de verdamper of in de koelruimte. De locatie van de sensor moet in rekening gebracht worden bij de
instelling van A19. Gebaseerd op de waarde van geleverd door de B7-temperatuur sensor zal de
compressor uit en aan gezet worden volgens de hieronder getoonde grafiek:
Figuur 12: Externe temperatuur sensor functionaliteit
De hieronder aangegeven parameters moeten veranderd worden om de koelruimte of het koelmeubel te
regelen met een temperatuursensor:
Parameter
Beschrijving
Sensor 7
A19
configuratie
Compressor
C05
regelingsensor
selectie
Temperatuur-sensor
G01
selectie
Instelling
G02
temperatuur-sensor
Positie differentieel
G03
voor de temperatuur-
sensor
De lage limiet G02
G04
voor de temperatuur-
sensor
De hoge limiet G02
G05
voor de temperatuur-
sensor
Noodgeval aan tijd
G06
van de compressor
Noodgeval uit tijd
G07
van de compressor
Tabel 13: Externe temperatuur sensor – Parameters
Zorg ervoor dat de parameter G56 op "NO" is ingesteld (geen magneetventiel in de vloeistofleiding) en
dat er geen extra digitale ingangen zijn geconfigureerd (Digitale Input DI3, Parameter R07 moet beiden
staat op "niet in gebruik" = nu = 0).
AGL_Unit_ZX_A2L_A1_NL_Rev01
Fabrieks
Aanbevolen instellingen /
instellingen /
Bemerkingen
Bereik
0 = Niet in gebruik
Temp. thermostaat (NTC10K) = 2 = tnt of
= nu
Verdampertemperatuur (NTC10K) = 5 = EPt
1 = Zuigdruksensor
Temperatuursensor = 2 = CSt
= SuP
0 = Niet in gebruik
Temperatuur thermostaat = 4 = tnt of
= nu
Verdampertemperatuur = 5 = EPt
Kies de juiste instelling al naargelang nodig
2 °C
voor de gekoelde producten
1 K /
Instelling G02 + het positieve differentieel G03
0,1 – 25,5 K
geeft u uitschakelwaarde voor de compressor
-10 °C /
Definieer de limiet om te voorkomen dat er
-40 tot G05 °C
een foutieve instelling gebeurt van G02
+15 °C /
Definieer de limiet om te voorkomen dat er
G04 tot 110 °C
een foutieve instelling gebeurt van G02
In het geval van een sensorfout zal de
2 min /
compressor blijven draaien volgens de
0 tot 255 min
instellingen van G06 & G07
In het geval van een sensorfout zal de
1 min /
compressor blijven draaien volgens de
0 tot 255 min
instellingen van G06 & G07
17
Advertenties
Hoofdstukken
Inhoudsopgave
