10
AFSTELLINGEN
JACOBSEN G-PLEX III Serie: FH & FJ
VEILIGHEID, BEDIENING &
ONDERHOUDSHANDLEIDING
10.1 ONDERHOUD MAAIKOP
SCHOONMAAK
De maaikoppen moeten na gebruik elke dag
gewassen en gedroogd worden om mogelijke roest
te voorkomen. Alle maaioppervlakken (haspel en
sledemessen) moeten licht ingesmeerd worden met
olie of ander antiroestmiddel.
SMERING
De smeerfittingen aan elk uiteinde van beide voor- en
achterrollers en de haspellagers aan elk uiteinde
moeten regelmatig gesmeerd worden (ongeveer een
keer per week). Gebruik alleen genoeg smeermiddel
1. Smeerfittingen
om de lagers niet te laten uitdrogen. Te veel
smeermiddel kan van de maaier op de graszoden
vloeien en schade veroorzaken.
nl-55