Fig. 2
VENTILATIE VAN DE EENHEID
Bij hoge omgevingstemperaturen zal de koeleenheid
alleen goed werken wanneer er goed wordt geventi-
leerd.
Wandventilatie
De koelkast wordt geventileerd via twee openingen in
de wand van de kampeerauto (fig. 3a).
Frisse lucht komt binnen via de onderste opening en
warme lucht verdwijnt via de bovenste opening.
De onderste ventilatieopening moet zich op vloerniveau
bevinden (zodat eventueel lekgas naar buiten kan ont-
snappen).
De bovenste ventilatieopening moet zich zo hoog mo-
gelijk bevinden om een goede ventilatie te garanderen.
Dakventilatie
De ventilatie van de koelkast kan ook via de onderste
opening in de wand en de bovenste opening op het dak
van de kampeerauto (fig. 3b).
Ventilatieroosters
Wij adviseren montage van 2 wandroosters model L500,
of als alternatied 1 L500 voor de wand en 1 dakrooster
R500. Deze roosters zijn speciaal ontwikkeld door Dome-
tic voor deze toepassing.
Via de L500 ventilatieroosters kan inspectie uitevoerd
worden en kunnen kleine reparaties plaatsvinden zon-
der dat de koelkast uitgebouwd hoeft te worden.
Afvoer van verbrandingsgassen
De ventilatiedoorgang aan de achterzijde van de uitspa-
ring, tussen de buitenwand van het voertuig en de koel-
kast, (3a/b/c) moet volledig afgesloten worden van het
interieur van de kampeerauto zodat koude lucht wordt
buitengesloten (winterkamperen) en er geen afvoer-
gassen in de kampeerauto terecht kunnen kommen.
De afvoergassen verdwijnenvia het bovenste ventilatie-
rooster samen met de warme lucht. De zijwanden, bo-
dem en bovenkant van de ventilatieschacht moet geïso-
leerd worden om condens en koude tocht te voorkomen.
35