Telefoonboek en overige lijsten gebruiken
Telefoonboek met SpraakSturing
Met SpraakSturing maakt u verbinding door de naam van de gesprekspartner te zeggen.
Hiervoor moet u een SpraakCommando aanmaken door de naam in te spreken en op te
slaan. De door u ingesproken naam wordt in de telefoon opgeslagen.
In totaal kunnen vier gebruikers een SpraakCommando voor een vermelding aanmaken.
Voordat een gebruiker een SpraakCommando opneemt, dient hij zich te "identificeren",
bijvoorbeeld als Gebruiker 2.
In totaal kunnen 29 SpraakCommando's worden opgeslagen voor telefoonboekvermel-
dingen. Als voor een vermelding een SpraakCommando is opgenomen, dan is deze ver-
melding in het Spraaktelefoonboek gemarkeerd met
SpraakCommando opnemen voor een bestaande vermelding
Spreek uw SpraakCommando in een rustige omgeving in (afstand tot de handset ca.
25 cm).
[RRRRRRRRRRRRRRRRRRRRRR]
Spraak
[______________________________________________]
Gebruiker2
[RRRRRRRRRRRRRRRRRRRRRRRRRRRRRRRRRR]
Opnemen
OK
Om het SpraakCommando te wijzigen, moet u het commando wissen (pagina 35) en
nieuw opnemen.
Als beide spraakopnames te veel verschillen, wordt u gevraagd de
◆
invoer te herhalen.
Als uw SpraakCommando te veel lijkt op dat van een andere gebrui-
◆
i
ker, verschijnt hierover een melding. Als u deze melding afsluit met
opnieuw.
34
Stap 1: Telefoonboek met SpraakSturing openen:
Telefoonboek openen.
Vermelding selecteren en displaytoets indrukken.
Selecteren en bevestigen, bijvoorbeeld Gebruiker 2.
OK
Stap 2: Opname starten:
Displaytoets indrukken.
Displaymelding bevestigen. Spreek vervolgens de
naam in nadat u hierom op het display wordt
gevraagd. Herhaal de naam nadat u hierom nog-
maals wordt gevraagd. De opname wordt automa-
tisch opgeslagen.
Lang indrukken (terug naar ruststand).
Ý
keert u terug naar het begin van de spraakopname en begint u
´
.