7.0 ONDERHOUD
7.1 ALGEMEEN
De handelingen voor de bediening, de controle en het onderhoud moeten worden uitgevoerd in overeenstemming met
de reglementeringen inzake deze materie die van kracht zijn op de plaats waar de apparatuur wordt geïnstalleerd (type
en frequentie). Vooraleer interventies uit te voeren, is het belangrijk om te controleren of de regelaar ervoor en erna is
onderbroken en of de druk in de leidingen tussen de regelaar en de afsluitkleppen is afgelaten. De onderhoudsinterventies
zijn strikt verbonden met de kwaliteit van het vervoerde gas (onzuiverheden, vochtigheid, gasoline, corrosieve stoffen)
en de efficiëntie van de filtering.
Daarom wordt een preventief onderhoud aanbevolen. Indien de intervallen van dit onderhoud niet is bepaald door
reglementeringen die al van kracht zijn, moeten deze intervallen worden bepaald in functie van:
- de kwaliteit van het vervoerde gas;
- de reinheid en de staat van de leidingen vóór de regelaar: bijvoorbeeld wordt in het algemeen na de
eerste opstart van installaties frequenter onderhoud vereist wegens de precaire staat van de interne reiniging van de
leidingen;
- het betrouwbaarheidsniveau dat van de reductie-installatie wordt vereist.
Vooraleer te beginnen met het demonteren van de apparatuur, is het aanbevolen om het volgende te controleren:
- Zorg ervoor dat u een reeks aanbevolen reserveonderdelen bij de hand heeft. De reserveonderdelen moeten originele
onderdelen van Fiorentini zijn, denk eraan
dat de belangrijkste onderdelen zoals de membranen gemarkeerd worden
- Zorg ervoor dat u over een reeks sleutels beschikt, zoals aangegeven in de tabellen 17 en 18.
Voor een correct onderhoud worden de aanbevolen reserveonderdelen eenduidig geïdentificeerd aan de hand van plaatjes met daarop:
- het nummer van de overzichtstekening SR van de apparatuur waarin ze kunnen worden gebruikt;
- de positie vermeld in de overzichtstekening SR van de apparatuur.
N.B. Wanneer niet-originele reserveonderdelen worden gebruikt, zijn wij van alle verantwoordelijkheid ontheven.
Wanneer u met uw aangestelde personeel dit onderhoud gaat uitvoeren, raden wij aan om referentietekens aan te
brengen op de onderdelen die problemen kunnen opleveren wat betreft de richting of de positionering tijdens de fase
om ze opnieuw te monteren voordat u deze elementen gaat demonteren.
Ten slotte herinneren wij u eraan dat O-ringen en mechanische schuifelementen (stangen, enz.) met een dunne laag
siliconevet gesmeerd moeten worden voordat u ze opnieuw gaat monteren. Vooraleer het apparaat opnieuw in dienst
te stellen, moet de externe dichting gecontroleerd worden op een geschikte druk, zodat gegarandeerd kan worden dat
er geen externe lekken optreden. Wanneer de blokkeersystemen en de monitors als veiligheidsaccessoires volgens de
PED worden gebruikt, moet hun interne dichting gecontroleerd worden op een geschikte druk, zodat de interne dichting
op de voorziene maximale bedrijfsdruk gegarandeerd kan worden. Deze controles zijn van fundamenteeel belang om
een veilig gebruik in de voorziene bedrijfscondities te verzekeren. In ieder geval moeten ze in overeenstemming zijn
met de nationale voorschriften die van kracht zijn.
TECHNISCHE HANDLEIDING MT103
40