2.0
INSTALLATIE
2.1
ALGEMEEN
De regelaar vereist geen enkel andere veiligheidsvoorziening ervoor opgesteld voor bescherming tegen eventueel te hoge
drukwaarden in vergelijking met zijn toegestane druk PS wanneer de onvoorziene maximale druk erna voor het reductiestation
dat ervoor is opgesteld M1Pd ≤ 1,1 PS bedraagt.
Vooraleer de regelaar te installeren, moet u controleren of: - de regelaar in de voorziene ruimte is ingebracht en of er voldoende ruimte is
voor later onderhoud;
- de leidingen ervoor en erna op hetzelfde niveau zijn en in staat om het gewicht van de regelaar te dragen;
- de flenzen op de inlaat/uitlaat van de leidingen parallel zijn;
- de flenzen op de inlaat/uitlaat van de regelaar netjes zijn en of de regelaar geen schade heeft opgelopen tijdens het transport;
- de leidingen ervoor netjes zijn, dit betekent dat achtergebleven onzuiverheden zoals lasslakken, zand, verfresten, water, enz. uit de leidingen
zijn uitgestoten.
De normaal voorgeschreven opstelling is als volgt:
TECHNISCHE HANDLEIDING MT103
Afb. 3 (standaard regelaar)
10