6�3
Verbinding maken met Bluetooth-apparaten
Bluetooth is een draadloze communicatietechnologie met klein bereik
waarmee u gegevens kunt uitwisselen of verbinding kunt maken met
andere Bluetooth-apparaten om verschillende bewerkingen uit te voeren.
Raak Instellingen\Bluetooth aan voor toegang tot deze functie;
uw apparaat en andere beschikbare apparaten worden op het scherm
weergegeven.
Bluetooth inschakelen
• Raak Instellingen aan.
• Raak
aan om deze functie in of uit te schakelen.
Als u uw telefoon beter herkenbaar wilt maken, kunt u de telefoonnaam
wijzigen die andere gebruikers te zien krijgen.
• Raak Instellingen\Bluetooth aan.
aan en selecteer Naam van dit apparaat
• Raak het pictogram
wijzigen.
• Geef een naam op en raak Naam wijzigen aan om te bevestigen.
Uw telefoon koppelen/verbinden met een Bluetooth-apparaat
Als u gegevens met een ander apparaat wilt uitwisselen, moet u Bluetooth
inschakelen en uw telefoon koppelen met het Bluetooth-apparaat waarmee
u gegevens wilt uitwisselen.
• Raak Instellingen\Bluetooth aan.
• Raak
en Vernieuwen aan�
• Raak in de lijst een Bluetooth-apparaat aan waarmee u uw telefoon wilt
koppelen.
U kunt het beste ALCATEL ONETOUCH Bluetooth-headsets gebruiken die
(1)
zijn getest en waarvan is bewezen dat ze compatibel zijn met uw telefoon. U
kunt naar http://www.alcatelonetouch.com/nl/ gaan voor meer informatie over
de ALCATEL ONETOUCH Bluetooth-headset.
87
(1)
• U krijgt een pop-upvenster te zien, waarna u Koppelen aanraakt om te
bevestigen.
• Als de koppeling is geslaagd, maakt uw telefoon verbinding met het
apparaat.
Verbinding/koppeling met een Bluetooth-apparaat ongedaan
maken
• Raak het pictogram Instellingen
de koppeling ongedaan wilt maken.
• Raak Vergeten aan om te bevestigen.
6�4
Aansluiten op een computer
Met een USB-kabel kunt u mediabestanden en andere bestanden uitwisselen
tussen de interne opslag en een computer.
Verbinding maken met de computer:
Verbinding maken:
• Gebruik de USB-kabel die bij uw telefoon is geleverd om de telefoon aan
te sluiten op een USB-poort van de computer. U ontvangt een melding
dat er een USB-verbinding is gemaakt.
• Open het venster Meldingen en raak Gekoppeld als media-apparaat
aan en kies in het volgende dialoogvenster de manier waarop u bestanden
wilt overdragen.
Voordat u MTP gebruikt, moet u controleren of het stuurprogramma
(Windows Media Player 11 of latere versie) is geïnstalleerd.
Als u de gegevens wilt zoeken die u hebt overgebracht of gedownload
naar de interne opslag, raakt u Bestandsbeheer aan. Alle gegevens
die u hebt gedownload, worden opgeslagen in Bestandsbeheer, waar
u mediabestanden (video's, foto's, muziek en andere) kunt weergeven,
de namen van bestanden kunt wijzigen, applicaties op uw telefoon kunt
installeren, enzovoort.
aan naast het apparaat waarvoor u
88