8-2. Panoramic View Monitor
OPMERKING
•
Sla niet op de camera en oefen er geen overmatige kracht op uit. Anders kan de stand van
de camera veranderen.
•
De camera is waterdicht. Verwijder, demonteer of wijzig hem niet.
•
Reinig de camera door deze met veel water af te spoelen en de lens vervolgens schoon te
vegen met een zachte, vochtige doek. Als er te hard over de cameralens wordt gewreven,
kunnen er krassen ontstaan op de lens waardoor het beeld minder duidelijk wordt.
•
De camerabehuizing is gemaakt van kunststof. Zorg ervoor dat er geen organische
oplosmiddelen, autowas, ruitenreiniger en ruitencoating op de camera terechtkomen.
Verwijder dergelijke stoffen zo snel mogelijk als dit gebeurt.
•
Giet bij koud weer geen heet water op de auto en stel de auto niet bloot aan plotselinge
temperatuurwisselingen.
•
Als u de auto wast met een hogedrukreiniger, richt de straal dan niet direct op of rondom de
camera. Anders kunnen storingen optreden in de camera.
●
Als de camera wordt geraakt, kan er een storing optreden in de camera. Laat als dit gebeurt de
auto zo snel mogelijk nakijken door een erkende Lexus-dealer of hersteller/reparateur of een
andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
De camera achter reinigen met sproeiervloeistof
■
Vuil op de lens van de camera achter kan worden verwijderd met behulp van de speciale
camerareinigingssproeier. Zie de "handleiding van de auto" voor meer informatie.
Tijdens het reinigen van de camera is het beeld mogelijk niet goed zichtbaar als gevolg
●
van de sproeiervloeistof. Controleer bij het achteruitrijden eerst de omgeving van de
auto, zowel direct als via de spiegels.
Als na het reinigen sproeiervloeistof op het oppervlak van de cameralens achterblijft,
●
is het beeld mogelijk 's nachts niet goed zichtbaar als gevolg van de hoogte of de
hellingshoek van de koplampen van de achterligger.
Bepaald vuil is na het reinigen mogelijk niet helemaal verdwenen. Spoel in dat geval
●
de cameralens af met veel water en veeg hem vervolgens schoon met een zachte, met
water bevochtigde doek.
●
Er wordt sproeiervloeistof op het oppervlak van de cameralens gespoten. Daarom
worden ijs, sneeuw, enz. rondom de camera niet verwijderd.
OPMERKING
Sla niet tegen de sproeierkop en onderwerp deze niet aan hevige schokken, omdat dit de
montagepositie en de hoek van de sproeierkop kan veranderen.
312