nl Uw apparaat leren kennen
Uw apparaat leren kennen
4 Uw apparaat leren kennen
Uw apparaat leren kennen
4.1 Bedieningspaneel
Via het bedieningsveld kunt u alle functies van uw ap-
paraat instellen en informatie krijgen over de gebruiks-
toestand.
Afhankelijk van het apparaattype kunnen details op de
afbeelding verschillen, bijv. de kleur en de vorm.
2
1
Display met instelring
Via het display stelt u met behulp van de digita-
le instelring het apparaat in.
U ziet de actuele instelwaarden, keuzemogelijk-
heden of aanwijzingsteksten.
→ "Touch-display", Pagina 100
2
Touchvelden
Met de tiptoetsen stelt u de verschillende func-
ties direct in.
→ "Touchvelden", Pagina 100
4.2 Touchvelden
Touch-velden zijn aanraakgevoelige oppervlakken. Om
een functie te kiezen het betreffende veld selecteren.
Tiptoets
Functie
Apparaat in- of uitschakelen.
→ "De Bediening in essentie",
Pagina 102
Directe toegang tot de magnetron
→ "Magnetron", Pagina 102
Een instelling teruggaan.
Werking starten of onderbreken.
→ "De Bediening in essentie",
Pagina 102
Timer selecteren.
Kinderslot activeren of deactiveren.
100
1
2
Tiptoets
Functie
Apparaatdeur openen
Functiekeuze-menu openen.
4.3 Touch-display
In het touchdisplay ziet u de keuzemogelijkheden en
de instellingen bij de actuele functie.
Om een van de punten uit te kiezen op het betreffende
tekstveld tippen.
Digitale instelring
Met de digitale instelring van buiten rond het display
verandert u de instelwaarden.
Wanneer u bij een instelling de minimale of maximale
waarde heeft bereikt, blijft deze waarde op het display
staan. Draai indien nodig de waarde met de instelring
weer terug. Door langzame bewegingen met de vingers
kunnen waarden met de instelring nauwkeurig worden
ingesteld. Bij tijdinstellingen kunt u ook direct het punt
op de instelring selecteren, dat overeenkomt met het
gewenste aantal minuten en uren, bijv. onder drukken
voor 30 minuten/seconden.
Instelgebied
In het midden van het display is het instelbereik.
In het instelbereik ziet u actuele keuzemogelijkheden
en reeds uitgevoerde instellingen.
Het menu en andere instelmogelijkheden zijn horizon-
taal gerangschikt. Keuzelijsten bij functies zijn verticaal
gerangschikt. Om in het instelbereik te bladeren, veegt
u over het display. Druk om een functie te kiezen, op
die functie op het display.
Mogelijke symbolen in het instelbereik
Symbool
Betekenis
Instelwaarde bevestigen.
Instelwaarde resetten.
Tijdens het gebruik instelwaarde wijzi-
gen.
4.4 Automatische deuropener
Als u de automatische deuropening bedient, dan
springt de apparaatdeur open. U kunt de apparaatdeur
volledig met de hand openen.
Opmerkingen
¡ Bij een stroomuitval werkt de automatische deur-
opening niet. U kunt de deur met de hand openen.
¡ Als u de apparaatdeur tijdens het gebruik opent,
wordt de werking onderbroken.
¡ Sluit u de apparaatdeur, dan wordt de werking niet
automatisch voortgezet. Start de werking.
¡ Als het apparaat langere tijd is uitgeschakeld, dan
gaat de apparaatdeur bij het indrukken van de deur-
openingstotes open met een kleine vertraging.