De lampjes
en
display wordt de programmaduur
weergegeven.
3. Sluit de deur van de afwasmachine
om het programma te starten.
Als het programma is voltooid, gaat
lampje
uit.
10.2 Interne reiniging
• Reinig de binnenkant van het
apparaat met een zachte, vochtige
doek.
• Gebruik geen schuurmiddelen,
schuursponsjes, scherpe voorwerpen,
sterke chemicaliën, pannensponsjes
of oplosmiddelen.
• Veeg de deur, inclusief de rubberen
pakking, eenmaal per week schoon.
• Gebruik om de prestaties van uw
apparaat te onderhouden minstens
elke twee maanden een
reinigingsproduct dat specifiek is
ontwikkeld voor vaatwassers. Volg de
instructies op de verpakking van de
producten zorgvuldig op.
• Start voor optimale
schoonmaakresultaten het
programma Machine Care.
10.3 Vreemde voorwerpen
verwijderen
Controleer de filters en de opvangbak na
elk gebruik van de vaatwasser. Vreemde
voorwerpen (zoals stukjes glas, plastic,
botten of tandenstokers ) verminderen de
reinigingsprestaties en kunnen schade
aan de afvoerpomp veroorzaken.
LET OP!
Als u de voorwerpen niet
kunt verwijderen, neemt u
contact op met een erkende
servicedienst.
1. Demonteer het filtersysteem volgens
de instructies in dit hoofdstuk.
2. Verwijder eventuele vreemde
voorwerpen handmatig.
3. Monteer de filters opnieuw volgens
de instructies in dit hoofdstuk.
knipperen. Op het
10.4 Buitenkant reinigen
• Maak het apparaat schoon met een
vochtige, zachte doek.
• Gebruik alleen neutrale
schoonmaakmiddelen.
• Gebruik geen schuurmiddelen,
schuursponsjes of oplosmiddelen.
10.5 De filters reinigen
Het filtersysteem bestaat uit 3 delen.
C
B
A
1. Draai de filter (B) linksom en
verwijder die.
2. Verwijder de filter (C) uit de filter (B).
3. Verwijder de platte filter (A).
NEDERLANDS
23