Voor Windows XP of later, kunnen alleen gebruikers met beheerdersrechtene met het wachtwoord
van de administrator de instellingen wijzigen. Gebruikers zonder beheerdersrechten kunnen alleen
de inhoud bekijken.
1. Klik op start — Printers and Faxes (Printers en Faxen).
2. Klik met uw rechtermuisknop op het pictogram voor uw printer en selecteer Properties
(Eigenschappen) .
3. Selecteer het tabblad Configuration (Configuratie).
4. Klik op Custom Paper Size (Aangepast papierformaat).
5. Selecteer de aangepaste installatie die u wilt definiëren vanaf Details.
6. Specifeer de lengte van de korte kant en de lange kant onder Change Setting For (Instelling
wijzigen voor). U kunt de waarden ook specificeren door deze diret in te vullen of door het
gebruik van de pijltoetsen omhoog en omlaag. De lengte van de korte kant kan nooit langer zijn
dan de lange kant, zelfs als deze valt binnen het aangegeven bereik. De lengte van de lange kant kan
nooit korter zijn dan de korte kant, zelfs als deze valt binnen het aangegeven bereik.
7. Om een papiernaam toe te wijzen, selecteert u het Name the Paper Size (Papierformaat naam
geven) keuzevakje, en voert de naam in, in Paper Name (Papiernaam). U kunt tot 14 tekens
gebruiken voor de papiernaam.
8. Herhaal indien nodig stappen 5 tot 7 om een ander aangepast formaat te definiëren.
9. Klik tweemaal op OK.
Afdrukken op papier met aangepast formaat.
Gebruik de volgende procedures om af te drukken op Windows of Mac OS X print drivers.
De Windows Print Driver gebruiken
Deze paragraaf geeft uitleg over de procedure met Windows XP WordPad als een voorbeeld.
Opmerking:
De wijze van weergeven van het dialoogvenster PrinterProperties (Eigenschappen)/Printing
Preferences (Voorkeursinstellingen voor afdrukken) hangt af van de applicatiesoftware. Raadpleeg
de handleiding van uw respectievelijke applicatiesoftware.
Epson AcuLaser M1400 Series
Gebruikershandleiding
Afdrukbasics
51