.
Laat
geen
vooMerpen
in
de printer
vallen.
Mocht
dit
onverhoopt toch
gebeuren,
schakel de printer dan
onmiddellijk
uit en
verwijder dit
voorwerp.
.
Tussen hel
uit-
en
opnieuw inschakelen
van de printer
dient
u
minstens
twee
seconden le wachten. Anders
kan
de
printer
niel
correct opstarten.
.
Schakel de
printer nooit
uit
terwijl
hii aan
hel
afdrukken
is.
.
Probeerde printkop
nooit met de hand te
bewegen.
.
Probeer de
printkop
nooit
tegen
te houden als
deze
in
beweging
is.
.
Maak
geen
afdrukken zonder
papier of lint.
.
Plaats
de printer altiid op een vlak en horizontaal
oppervlak.
.
Plaats
de
printer
niet
in
een
vochtige omgeving.
.
Vermijd
direct zonlicht.
.
Vermiid
extremetemperatuurschommelingen.
De
bedriifstemperatuurligt
tussen
5'en 40'C.
Opslagtemperatuur
ligt
tussen
-10.C
en
50.C.
39