4.4 Oven
De oven kan worden opgewarmd met behulp van
de onderste en bovenste verwarmingselementen.
De werking van de oven wordt gecontroleerd
door de ovenfunctie knop. Om een functie in te
stellen dient u de knop naar de gewenste positie te
draaien.
Om een temperatuur te selecteren, gebruikt u de
temperatuurregelknop
temperatuur in te stellen. U kunt de temperatuur
instellen binnen een bereik van 50-250 ℃.
De oven kan uitgeschakeld worden door het
instellen van deze beide knoppen in de stand "0".
Een (oranje) signaallampje geeft aan dat de oven in werking is.
❖ Het oranje lampje geeft aan dat de oven aan het opwarmen is.
❖ Als het oranje lampje uit gaat heeft de oven de temperatuur die u heeft ingesteld
bereikt.
❖ Indien een recept adviseert om gerechten in een opgewarmde oven te plaatsen,
mag dit niet worden gedaan voordat het oranje lampje uit is gegaan voor de
eerste keer.
❖ Terwijl de oven in werking is, zal het oranje lampje tijdelijk aan en uit gaan om
de vooraf ingestelde temperatuur te handhaven.
❖ Het oranje lampje geeft aan dat de oven in werking is. Het oranje lampje staat
ook aan als de binnenverlichting van de oven ingeschakeld is.
Functies van de oven
om
de
binnenverlichting
➢
schakelt de binnenverlichting van de oven afzonderlijk
➢
aan, bijvoorbeeld voor het reinigen van de oven.
topwarmte aan
➢
schakelt het verwarmingselement bovenaan de oven aan,
➢
b.v. voor afbakken van bovenaf.
gewenste
Afbeelding vergelijkbaar
80