Wat moet u doen als...
Probleem
U kunt de kookplaat niet inschake-
len of bedienen.
Er klinkt een geluidssignaal en de
kookplaat wordt uitgeschakeld.
Er weerklinkt een geluidssignaal als
de kookplaat wordt uitgeschakeld.
De kookplaat schakelt uit.
De restwarmte-indicator gaat niet
aan.
De automatische opwarmfunctie
start niet.
U kunt de buitenste ring niet inscha-
kelen.
Er is een donker deel op de
meervoudige zone.
De sensorvelden worden warm.
10
Mogelijke oorzaak
De kookplaat is niet aangesloten op
een stopcontact of is niet goed ge-
installeerd.
De zekering is doorgeslagen.
U hebt twee of meer tiptoetsen te-
gelijk aangeraakt.
Er ligt water of vetspatten op het be-
dieningspaneel.
U hebt een of meer tiptoetsen afge-
dekt.
U hebt iets op de tiptoets
plaatst.
De zone is niet heet, omdat hij
slechts kortstondig is bediend.
De zone is heet.
De hoogste verwarmingsstand is in-
gesteld.
U heeft de kookstand verlaagd van
.
Het is normaal dat er een donker
deel is op de meervoudige zone.
Het kookgerei is te groot of staat te
dicht bij het bedieningspaneel.
Oplossing
Controleer of de kookplaat goed is
aangesloten op het lichtnet. Raad-
pleeg het aansluitdiagram.
Controleer of de zekering de oor-
zaak van de storing is. Als de zeke-
ringen keer op keer doorslaan,
neemt u contact op met een erken-
de installateur.
Schakel de kookplaat opnieuw in en
stel de kookstand binnen 10 secon-
den in.
Raak slechts één tiptoets tegelijk
aan.
Reinig het bedieningspaneel.
Verwijder het voorwerp van de tip-
toetsen.
Verwijder het object van de tiptoets.
ge-
Als de kookzone lang genoeg in
werking is geweest om heet te zijn,
neemt u contact op met de klanten-
service.
Laat de zone voldoende afkoelen.
De hoogste kookstand heeft hetzelf-
de vermogen als de functie.
Begin vanaf
de kookstand.
Schakel eerst de binnenring in.
Plaats groter kookgerei op de ach-
terste kookzones indien nodig.
en verhoog alleen