Om de tijd te veranderen, gebruik dezelfde procedure als voor
de verandering van de koelingstijd (paragraaf C.2.2.5)
Opmerking: De informatie hierboven is toepasbaar op de
positieve en negatieve koeling.
C.2.2.10 Verandering van GEBRUIKERSparameters
Om een parameter te veranderen, kies de toepassing:
• druk op de toets
• de display flikkert om aan te duiden dat de veranderingsfase actief is;
• Druk op de toetsen
toegelaten bereik te veranderen;
• de nieuwe waarde wordt automatisch bewaard na vijf seconden
van inactiviteit of door opnieuw op de toets
OPMERKING: het is mogelijk de parameters te veranderen
ENKEL als er geen enkele cyclus actief is. Als een cyclus actief
is, toont het toestel de parameters in lees-enkel status.
Voor de "Lijst van Parameters gebruikers" zie paragraaf D.6.
C.2.3 KOELINGS/BEWAARCYCLUS
Na het einde van de koel- of bevriezingscyclus, schakelt de machine
automatisch over naar de bewaarfase. Het is belangrijk dat het
gekoelde eten juist bewaard wordt op een bewaartemperatuur die
geschikt is voor het soort eten dat gekoeld wordt.
C.2.4 ONTDOOIING
Als toestelomstandigheden het toelaten (LED
machine in standby status), wordt handmatige ontdooiing geactiveerd.
De display toont het label "dEfr" voor de gehele duur van de fase.
Als de toestelomstandigheden geen handmatige ontdooiing toelaten (tijdens een
koelfase), vertoont de display de boodschap "UTIL GEEN".
De selectie geldt enkel in situaties van bewaring/houdennservation/
holding en tijdens het bedienen van de cyclusactivatie.
Bij het einde van de ontdooiing keert de kaart terug naar de
hoofdopstelling. De duur van de cycli en de intervallen tussen de
ontdooiingscycli werden voorgeprogrammeerd in de fabriek.
- Automatische ontdooiing
De handmatige ontdooiing starten:
• DRUK OP DE TOETS
ORANJE TERWIJL DE ANDERE GROEN BLIJVEN.
• DRUK OPNIEUW
Vóór de ontdooiing verwijdert u de afvoerstop op de bodem van
de cel. Als het gedaan is, steek de stop terug op zijn plaats.
Om de ontdooiingstijd te verminderen, kan u de functie activeren
met de deur open, i.e. een handmatige ontdooiingscyclus te
draaien met de deur open. Op deze manier start de koeler de
interne ventilators die lucht trekken van buiten naar binnen,
waardoor vermindering in ontdooiingstijd mogelijk is.
C.2.5 KIEMDODENDE LICHTEN (Functie voor toestellen met
kiemdodend licht geïnstalleerd)
Om de lichten te activeren, moet de machine aan staan maar
mag er geen cyclus lopen.
;
om de waarden binnen het
te drukken.
of
; DE ONTDOOIINGSLED WORDT
OM DE ACTIVATIE TE BEVESTIGEN
Druk op de toets
cyclus te starten. De overeenkomstige LED wordt oranje.
Druk opnieuw op de toets
de cyclus door op de toets te drukken
We raden aan een kiemdodende cyclus uit te voeren aan het
begin van de dag vóór u het toestel gebruikt en opnieuw aan het
einde van de dag nadat de cel gereinigd werd.
Voor verdere informatie zie paragraaf B.1.4 en C.1.9.6.
AANDACHT: De cyclus wordt niet geactiveerd als de
celtemperatuur lager is dan 15°C en de deur open is.
JUISTE BEDIENING VAN DE MACHINE TIJDENS HET KOELEN EN
BEVRIEZINGCYCLI HANGT AF VAN HET VOLGENDE:
C.2.6 PRODUCT INLADEN EN UITLADEN
Gebruik keukenhandschoenen tijdens het in- en uitladen van
voedingsmiddelen.
Voor de maximum ladingen op elke plank, volg de volgende tabel:
MAXIMUM LADINGEN OP ELKE PLANK
BC / BCF 20 GN 2/1
BCF 2 x 20 GN 1/1
We raden aan het eten af te dekken tijdens de koeling om het
of met
koelen gemakkelijker te maken. Zelfs verspreiding van het
product in de cel bevordert de goede luchtcirculatie, wat leidt tot
betere bewaring van het product.
De deur mag niet langer dan nodig opengelaten worden tijdens
het opbergen of verwijderen van voedingsmiddelen.
Als de cyclus beëindigd is, opent u de deur en haalt u de sonde
eruit. Zet het terug in de originele positie (denk eraan dat de
pannen nu koud zijn, gebruik handschoenen.)
Types houders die gebruikt moeten worden We raden aan
lage houders te gebruiken (met kanten niet hoger dan 65 mm)
voor een goede luchtcirculatie rondom het product. Hoe groter
het deel eten dat blootgesteld wordt aan koude lucht, hoe minder
tijd nodig is voor afkoeling.
Om voedselbesmetting te voorkomen, raden we aan de houders
en de oppervlakken waarop ze staan zorgvuldig te reinigen. Het
is aangeraden het eten in de koeler te zetten in dezelfde houder
als waarin het gekookt werd.
C.2.7INSTEKEN VAN BUISSONDE IN HET PRODUCT
Zorg ervoor dat de sonde schoonen steriel is als u het in het product
steekt. Wees voorzichtig, omdat het een scherp voorwerp is.
Het gebruik van de buissonde tijdens de koelingscycli zorgt voor
een succesvolle beëindiging. Om dit te garanderen, is het
belangrijk dat de sonde juist ingestoken wordt. Dit betekent in
het midden van het grootste deel van het product. Zorg ervoor dat
153
. Gebruik de toets
om de "kiemdodende"
om de selectie te bevestigen. Start
.
40 KG