C.1. ANALYSE VAN GEBRUIKERSINTERFACE
O•1
C.1.1
ON/OFF SCHAKELAAR
Deze toets duidt aan of het toestel aan of af staat. Om het aan te
zetten, druk op 1, LED O•1 en de hele interface licht op.
C.1.2 START/STOP CYCLUS
Deze toets dient om de gekozen cyclus te starten of te stoppen.
Als de gekozen cyclus begonnen is, begint hij onmiddellijk te
lopen. Om te stoppen moet de knop ten minste drie seconden
ingedrukt worden.
Als een cyclus gestart wordt met de deur gesloten, licht de toets
op. Hij zal flikkeren als een cyclus bezig is en de deur open staat.
1- Om de prestatie van de machine te verbeteren en enkel indien
gewenst, kan, in het begin van de koelingscyclus, een
voorbereidende cyclus gestart worden. Dit wordt weergegeven op
de temperatuurdisplay met de boodschap "PREP".
2- Als bovendien de koeler een lange tijd niet gebruikt wordt,
wordt de compressor in impulsen gestart om maximale
doeltreffendheid te verzekeren.
C.1.3 CYCLUSSELECTIE
De standaardinstelling van het toestel is de ZACHTE
koelingscyclus. De toetsen
om het volgende te selecteren:
Van links naar rechts:
• ZACHTE positieve koeling
• HARDE positieve koeling
• Positief houden (voor bewaring)
• Negatieve koeling of bevriezing
• Negatief houden (of bewaring)
Als de gewenste cyclus gekozen is, zal de selectie verdergaan
naar de volgende elke keer de toets
wordt cyclisch gedaan, zodat u voorwaarts
kan scrollen.
C.1.3.1 Koelen met "cruise koeling" toets
De "cruise koeling" cyclus bedient automatisch het koelproces. Hij
stelt de machine in om het proces te beëindigen binnen de tijd die
vereist is door de standaard terwijl de kwaliteit van het eten behouden
wordt (zonder het oppervlak van het eten aan te laten branden).
Als de gekozen cyclus begonnen is, begint hij onmiddellijk te lopen.
Om te stoppen moet de knop ten minste drie seconden ingedrukt
worden. Als een cyclus gestart wordt met de deur gesloten, licht de
toets op. Hij zal daarentegen flikkeren als een cyclus bezig is en de deur open staat.
1- Om de prestatie van de machine te verbeteren en enkel indien
gewenst, kan, in het begin van de koelingscyclus, een
voorbereidende cyclus gestart worden. Dit wordt weergegeven
op de temperatuurdisplay via de boodschap "PREP".
2- Bovendien, als de koeler lange tijd niet gebruikt wordt,
wordt de compressor gestart in impulsen om maximale
doeltreffendheid te garanderen.
kunnen gebruikt worden
wordt ingedrukt. Dit
of achteruit
149
OPGEPAST:
De "cruise koeling" cyclus werkt alleen als de buissonde
insteekt. Is dit niet het geval verandert de cyclus automatisch
naar getimede zachte positieve koeling.
C.1.4 PROGRAMMA'S
Als u op de toets drukt
programmamodus gezet. Het zal daarom van standaard
cyclusselectie gaan naar programmaselectie en omgekeerd.
Van links naar rechts:
Turbo koeling
Programma P1
Programma P2
Elke standaardcyclus heeft twee standaard programma's (P1
en P2) die kunnen veranderd worden door de gebruiker.
Wat betekent het programma? Voor koelen kan de gebruiker de
kamertemperatuur en de koeltijd veranderen. Deze kunnen
opgeslagen worden in het geheugen en later geladen worden. Voor
houden kan de gebruiker het instellingspunt van de kamer selecteren.
C.1.4.1 Koelen met "turbo koeling"
De "turbo koeling" cyclus laat de gebruiker toe het toestel te bedienen
tegen een temperatuur tussen -36°C en +3°C. Het toestel draait
constant een cyclus en ontdooien wordt automatisch gedaan.
Om dit type cyclus te selecteren, zie paragraaf C.1.4.
C.1.4.2 IJscycli
Door de parameter "EICE" (EICE = y) in te schakelen, wordt de
machine opgesteld om twee ijscycli te laten lopen. Programma's "P1"
en "P2" worden losgekoppeld van de normale logica en worden twee
specifieke cycli voor ijs. Ze zijn niet meer toegewezen aan de gekozen
standaard cyclus. Als deze cyclus gekozen wordt, staan de LEDs voor
de standaardcycli af.
• cyclus "P1": tijd-gecontroleerde of buissonde-gecontroleerde
koeling. Na de koeling schakelt de machine automatisch over
naar bewaring tegen een temperatuur van -14°C.
• cyclus "P2": "turbo koeling" koeling met een celtemperatuur
van -16°C.
N.B.: Om de "EICE" parameter te veranderen, zie paragraaf C.1.9.5.
C.1.5 TEMPERATUUR
De temperatuurdisplay maakt het mogelijk de temperatuur van de cel
en die van de buissonde te bekijken.
Als een cyclus actief is (voor positief of negatief houden, getimede positieve
koeling of getimede bevriezing), wordt de celtemperatuur getoond.
Als een buissondecyclus actief is, is de standaard display de
buissondetemperatuur.
In koelingscycli, druk op de toets
tussen celtemperatuur en buissondetemperatuur.
Het LED geeft aan welke van de twee temperaturen getoond
wordt op een bepaald moment:
- als de buissondetemperatuur getoond wordt, gaat het
LED BUISSONDETEMPERATUUR
- als de buissondetemperatuur getoond wordt,
, wordt het toestel in
en u schakelt over
aan.