Inhoudsopgave
Advertenties
D.1. KLEIN ONDERHOUD
D.1.1 VOORZORGSMAATREGELEN VOOR HET ONDERHOUD
Het kleine onderhoud kan door personeel dat niet vakkundig
hoeft te zijn gepleegd worden, waarbij de hieronder vermelde
aanwijzingen nauwgezet opgevolgd moeten worden. De
fabrikant kan op geen enkele wijze aansprakelijk gesteld
worden voor handelingen waarbij dergelijke normen
veronachtzaamd zijn.
LET OP:
stopcontact halen om het apparaat los te koppelen. Om klein
onderhoud aan het apparaat te plegen mogen de
afschermingen/veiligheidsvoorzieningen er onder geen beding
van afgehaald worden. Bij het schoonmaken van de condensor
moet gebruik gemaakt worden van beschermingsmiddelen
(beschermende handschoenen). Het is bovendien verboden
om gebruik te maken van scharen, schroevendraaiers en
scherpe voorwerpen in de buurt van het koelcircuit.
D.1.2 REINIGING VAN DE CEL EN ACCESSOIRES
Er wordt geadviseerd de cel wekelijks te reinigen;
afhankelijk van het gebruik van het apparaat de
cel vaker reinigen.
Alvorenshet apparaat in gebruik te nemen moeten
eerst alle gedeelten aan de binnenkant en de
accessoires gereinigd worden met lauw water en
neutrale zeep of met producten met een biologische
afbreekbaarheid van meer dan 90% (om de uitstoot
in het milieu van verontreinigende stoffen te
verminderen, waarna deze delen vervolgens goed
nagespoeld en goed afgedroogd moeten worden.
Er mogen geen reinigingsproducten op basis van
oplosmiddellen (bijv. trichloorethyleen enz.) of sch-
uurpoeder gebruikt worden. Het plaatwerk moet
beschermd worden met siliconenwas.
Laat het water uit de afvoerbuis lopen, die in in het midden zit
onderaan de cel. Van hieruit bereikt de vloeistof de houder onder
de kast. Het moet regelmatig leeg gemaakt worden (voor
toestellen 6 GN 1/1, 10 GN 1/1 en 10 GN 2/1).
Sluit de afvoergoot meteen na het schoonmaken met de speciaal
daarvoor bestemde dop af.
Opmerking: vooraleer u de stop voor de afvoer van
celwasvloeistoffen verwijdert, zorg ervoor dat de
vloeistofhouder leeg gemaakt werd.
AANDACHT: model 20 GN 1/1 heeft geen verzamelaar voor
vloeistof. Zorg ervoor dat de afvoerbuis aangesloten is op
een waterafvoersysteem.
D.1.3 REINIGING VAN DE KERNTEMPERATUURMETER
Uiterst voorzichtig te werk gaan bij het gebruik van de sonde,
rekening houdend met het feit dat het om een scherp voor-
werp gaat, dus ook voorzichtig zijn bij het schoonmaken.
Om een optimale werking van het apparaat te waarborgen wordt
geadviseerd om de kerntemperatuurmeter van tijd tot tijd te
reinigen.
De temperatuurmeter moet met de hand gereinigd worden met
lauwwater en neutrale zeep of met producten met een biologische
afbreekbaarheid van meer dan 90% (om de uitstoot in het milieu
van verontreinigende stoffen te verminderen), waarna de
temperatuurmeter nagespoeld moet worden. Er mogen geen
reinigingsproducten op basis van oplosmiddellen (bijv.
trichloorethyleen enz.) of schuurpoeder gebruikt worden.
LET OP: de temperatuurmeter mag niet met kokend heet water
het apparaat niet aanraken met
natte handen en/of natte voeten
en evenmin wanneer men op blote
voeten loopt.
alvorens
reinigings-
onderhoudswerkzaamheden aan
het apparaat te verrichten moet
eerst
de
stekker
uit
stopcontact gehaald worden de
stekker voorzichtig uit het
worden schoongemaakt.
D.1.4 VOORZORGSMAATREGELEN INDIEN HET APPARAAT
LANGE TIJD NIET GEBRUIKT WORDT
Tijdens de periodes waarin het apparaat lange tijd niet gebruikt-
wordt, moet u devolgendevoorzorgsmaaregelen treffen:
• Haal destekker uithetstopcontact.
• Haal alle levensmiddelen die in het apparaat zitten eruit en
maak de binnenkant van het apparaat en de accessoires
schoon.
• Smeer alle roestvrij stalen oppervlakken met eenkleinbeetje
vaselineolie goed in, zodat er een beschermendlaagje ontstaat.
• Laat de deur half open staan om de luchtcirculatie te bevorderen
om de vorming van onaangename luchtjes te voorkomen.
• Lucht de vertrekken regelmatig.
D.2. GROOT ONDERHOUD
of
Het grote onderhoud dient door vakmensen gepleegd te
het
worden, die bij de fabrikant een servicehandleiding kunnen
aanvragen.
ALVORENS WELKE ONDERHOUDS-
HANDELING DAN OOK TE VERRICHTEN
VEILIGHEIDSHANDSCHOENEN EN EEN
MASKER DRAGEN.
LET OP:
verwijderd worden. Draag veiligheidshandschoenen tijdens het
reinigen van de condensor. Het is verboden scharen,
schroevendraaiers en puntige voorwerpen te gebruiken in de
buurt van het koelingscircuit.
D.2.1 VERVANGING VAN HET ELEKTRISCHE SNOER
Om de stroomkabel van toestellen 10 GN 1/1 en 10 GN 2/1 te
vervangen, doe als volgt:koelen met
• Schakel de stroom uit;
• verwijder de vijzen die het achterste beschermrooster
vasthouden;
• Verwijder de bescherming van de elektrische installatie;
• Vervang het elektrische snoer;
• leg de beschermingen terug op hun plaats;
• Schakel de stroom uit;
Om de stroomkabel van toestellen 6 GN 1/1 en 20 GN 1/1 te
vervangen, doe als volgt:
• Schakel de stroom uit;
• verwijder de vijzen die het achterste beschermrooster
vasthouden;
• Verwijder de
2 vijzen die het voorste bedieningspaneel
vasthouden (verwijder de lagere vijzen); Verschuif het
bedieningspaneel om het te verwijderen;
• nog altijd vooraan het toestel schuift u de elektrische
systeembox eruit;
• Vervang het elektrische snoer;
• Verwijder de bescherming van de elektrische installatie;
• ga achter de koeler en trek het stroomsnoer uit;
• leg het beschermrooster en het bedieningspaneel terug op
hun plaats;
• Schakel de stroom weer in.
LET OP: het elektrische snoer dat gebruikt wordt voor de
permanente aansluiting op het elektriciteitsnet is van het type
H05VV-F (aanduiding 227 IEC 53); bij vervanging dient een snoer
met minstens dezelfde eigenschappen te worden gebruikt.
157
het apparaat niet aanraken met natte
handen en/of voeten. Alvorens enige
schoonmaak-
onderhoudswerkzaamheden uit te
voeren,
schakel
stroomvoorziening van de toestellen
uit en haal voorzichtig de stekkers
uit
het
stopcontact.
a f s c h e r m i n g e n /
veiligheidsvoorzieningen mogen niet
of
de
De
Advertenties
Inhoudsopgave
