18
9.3 Wasmiddel en additieven gebruiken
1. Meet het wasmiddel en de wasverzachter af.
2. Doe het wasmiddel en de wasverzachter in de vakjes.
3. Sluit het doseerapparaat voor wasmiddel voorzichtig.
9.4 Wasmiddelvakjes
Gebruik alleen gespecificeerde wasmiddelen voor wasmachines.
Houd u altijd aan de instructies die u op de verpakking van de wasmiddelen aantreft.
Wasmiddelvakje voor de voorwasfase.
Wasmiddelvakje voor de wasfase.
Vak voor vloeibare additieven (wasverzachter, stijfsel).
Klep voor waspoeder of vloeibaar wasmiddel.
9.5 Bleekmiddel
Naast wasverzachter is het ook mogelijk om bleekmiddel in het compartiment te gebruiken
voor witte katoen.
Ga als volgt te werk:
• Doe het bleekmiddel in het compartiment
• De markering "MAX" in het doseerapparaat voor wasmiddel mag niet worden overschreden.
• Draai een programma voor witte katoen.
• Draai aan het einde van het programma het spoelprogramma of een programma met de spoeloptie. Gebruik in-
dien nodig wasverzachter.
Dit helpt eventuele resten bleekmiddel te verwijderen.
Let op:
Giet nooit bleekmiddel en wasverzachter tegelijk in het compartiment.
Gebruikshandleiding
Pas op
fig.X03523
met de programma's