Installatiehandleiding 1 Veiligheid • Reparaties mogen alleen door geautoriseerd personeel worden uitgevoerd. • Er mogen alleen goedgekeurde reserveonderdelen, accessoires en verbruiksartikelen worden gebruikt. • Gebruik alleen wasmiddel dat bedoeld is voor in water gewassen textiel. Gebruik nooit droogreinigingsmiddelen. • De machine moet worden aangesloten met nieuwe waterslangen. Gebruikte water- slangen mogen niet gebruikt worden.
Installatiehandleiding – Deze machine kan worden gebruikt door kinderen vanaf 8 jaar en door personen met een fysieke of geestelijke beperking of gebrek aan kennis en ervaring als ze onder toezicht staan of instructies ontvangen over een veilig gebruik van de machine en de gevaren die daarmee gepaard zijn begrijpen.
• vervanging van lampen, filters of verbruiksartikelen; • alle accessoires en software die niet zijn goedgekeurd of niet gespecificeerd worden door Electrolux Professional. Tot de garantie behoren geen geplande onderhoudsactiviteiten (met inbegrip van de daarvoor benodigde onderde- len) of de levering van reinigingsmiddelen, tenzij specifiek gedekt binnen een plaatselijke overeenkomst die onderhe- vig is aan plaatselijke algemene voorwaarden.
Installatiehandleiding 4 Instellingen 4.1 Verwijdering verpakking Verwijdering van de bouten tussen de machine en de pallet Let op: Het wordt aanbevolen om de machine door twee personen te laten uitpakken. Verwijder de zijpanelen. Verwijder het voor- en achterpaneel. fig.X01123 Verwijder de bouten tussen machine en pallet. fig.X01124 Verwijder de machine van de pallet.
Pagina 11
Installatiehandleiding Verwijdering van de transportbeveiligingen Als de machine op zijn uiteindelijke plaats of vlakbij zijn uiteindelijke plaats is neergezet, verwijder dan de vier trans- portsteunen. Bewaar de transportsteunen als de machine in de toekomst nog eens verplaatst moet worden. Let op: Ga voorzichtig met de machine om nadat de transportsteunen zijn verwijderd om schade aan de ophang- ingscomponenten te voorkomen.
Installatiehandleiding 4.3 Plaatsing Installeer de machine nabij een afvoerput of een open afvoer. De machine moet zo worden geplaatst dat er voldoende ruimte is voor het uitvoeren van werkzaamheden door zowel de gebruiker als servicepersoneel. De afbeelding toont de minimale afstand t.o.v. een wand en/of andere machines. Wanneer de voorgeschreven af- standen niet in acht worden genomen, verhindert dit gemakkelijke toegang voor onderhouds- en servicehandelingen.
Pagina 14
Installatiehandleiding Plaats de machine boven op de twee boorgaten. De gaten bevinden zich aan de voorkant van de machine. Stel de machine waterpas met de stelvoeten van de machine. Schroef de stelvoeten zoveel mogelijk in, vóór het wa- terpas stellen van de machine. Op die manier staat de machine steviger. De maximale stelhoogte van de voeten is 50 mm.
Installatiehandleiding 5 Wateraansluiting Alle waterinvoeraansluitingen van de machine moeten worden voorzien van handmatige afsluitkleppen en filters, om installatie en service te vergemakkelijken. Waterleidingen en -slangen moeten door worden gespoeld voor installatie. De machine moet worden aangesloten met nieuwe waterslangen. Gebruikte waterslangen mogen niet gebruikt worden.
Pagina 16
Installatiehandleiding Waterdruk: Continue bedrijfsdruk: 50-800 kPa (0,5-80 kp/cm Maximum: 1000 kPa (10 kp/cm Aanbevolen: 200–600 kPa (2–6 kp/cm Let op: Wanneer de waterdruk onder de mininimumwaarde is gedaald, kan het wasresultaat voor bepaalde program- ma’s niet worden gegarandeerd.
Installatiehandleiding 6 Hardheid van het water en dosering Controleer de hardheid van het water op uw locatie en pas de dosering aan volgens de tabellen. In de tabellen staan verschillende doseringen voor verschillende programma's. Er is een waterhardheidskit verkrijgbaar met onderdeelnr. 0S0586. 6.1 WH6–20LAC WH6–20LAC met volle lagoon-lading (14 kg) Bereik waterhardheid...
Installatiehandleiding 7 Aansluiten van externe doseersystemen Afhankelijk van welk type doseersysteem wordt aangesloten, volgt u de instructies die bij het doseersysteem zijn bijgesloten. Hieronder staan enkele voorbereidingen die op de machine kunnen worden uitgevoerd. 7.1 Jetsave en Dosave 7.1.1 Aansluiting van de slang De machine is voorbereid om te worden aangesloten op de doseersystemen Jetsave en Dosave.
Installatiehandleiding 8 Afvoer aansluiting Sluit een buis of rubber slang van 75 mm aan op de afvoerbuis van de machine, waardoor voor een neerwaartse stroom uit de machine wordt gezorgd. Vermijd scherpe bochten, die een goede afvoer kunnen belemmeren. De machine kan leeglopen in een afvoer door of naar een gesloten afvoersysteem. Zorg er in elk geval voor dat wordt voldaan aan alle van toepassing zijnde nationale en lokale regelgeving op het gebied van waterleidingen.
Installatiehandleiding 9 Elektrische aansluitingen 9.1 Elektrische installatie De elektrische installatiewerkzaamheden mogen alleen door gekwalificeerd personeel worden uitgevoerd. Machines met frequentiegeregelde motoren kunnen incompatibel zijn met bepaalde soorten aardlekschakelaars. Het is van belang om te weten dat de machines zijn ontworpen voor een zo hoog mogelijke persoonlijke veilig- heid, daarom zijn onderdelen zoals een aardlekschakelaar niet noodzakelijk, maar wel aanbevolen.
Installatiehandleiding 9.3 Machineaansluiting met ferriet 9.3.1 WH6–20LAC, WH6–27LAC, WH6–33LAC Om het goedgekeurde EMC-niveau te verkrijgen, is het verplicht om ferriet te gebruiken, dat bij bovengenoemde mo- dellen wordt meegeleverd. (Merk op dat dit alleen voor die modellen geldt). Voordat de machine wordt aangesloten, moet de aardingsdraad (PE) om de ferriet worden gewikkeld. Bereid de elektriciteitskabel voor door ervoor te zorgen dat de aardingsdraad (PE) langer is dan de andere draden, volgens de tabel.
Installatiehandleiding 9.4 Machineaansluiting Sluit de aarde en andere draden aan volgens de tabel. Enkelfase-aansluiting 3-fasen aansluiting 1NAC L2 L3 3N AC L2 L3 1N/1 3N AC L2/N Enkelfasige machines kunnen worden gevoed door aansluiting tussen een fase en neutraal of door aansluiting tus- sen twee fasen.
Installatiehandleiding 9.5 Verwijdering van de connector Als er geen externe doseersystemen moeten worden verbonden met de machine, moet de bijgesloten connector met afsluitweerstand worden aangesloten op de achterkant van de machine. • Sluit de connector met afsluitweerstand aan op aansluiting B. fig.X01168A...
Installatiehandleiding 10 Stoomaansluiting Inlaatleidingen die zijn aangesloten op de machine, moeten zijn uitgerust met een handbediende afsluitklep om in- stallatie en onderhoud te vergemakkelijken. De aansluitslang moet van het type ISO/1307- 1983 of gelijkwaardig zijn. Maat van de aansluiting op het filter: DN 15 (BSP 1/2"). Demonteer het bovenpaneel (A).
Installatiehandleiding 11 Bij de eerste maal opstarten Wanneer de installatie is voltooid en de stroom voor de eerste maal wordt aangesloten, moet u bepaalde instellingen uitvoeren. Volg de aanwijzingen op het scherm. Als één instelling is voltooid, wordt de volgende automatisch geopend.
Installatiehandleiding 12 Controle van de werking Mag alleen door gekwalificeerd personeel worden uitgevoerd. Na voltooiing van de installatie en voordat de machine in bedrijf mag worden gesteld, moet de werking worden gecontroleerd. Open de handbediende waterkleppen. Start een programma. • Controleer of de trommel normaal draait en of er geen ongewone geluiden zijn. •...
Installatiehandleiding 13 Informatie m.b.t. afvoeren 13.1 Afvoeren van het apparaat aan het einde van de levensduur Voordat u begint aan de sloop van de machine, adviseren wij u de fysieke toestand van de machine zorgvuldig te controleren, met name of er geen delen van de structuur verzwakt of gebroken zijn. De onderdelen van de machine moeten gescheiden worden afgevoerd op grond van hun verschillende eigenschap- pen (bijv.
Pagina 32
Electrolux Professional AB 341 80 Ljungby, Sweden www.electroluxprofessional.com...