8.2
Voorbereidende stappen
Opmerking
De apparaten vormen een product in het KNX-systeem en voldoen aan de KNX-
richtlijnen. Gedetailleerde vakkennis door KNX-scholingen wordt verondersteld.
Bovendien moet men ook over voldoende kennis beschikken over verdere
componenten van de huisautomatisering (bijvoorbeeld Philips Hue) als deze in
het systeem worden gebruikt.
1. Groepsadressen toewijzen:
–
De groepsadressen worden toegewezen via de ETS. Dit wordt door de installateur
gedaan.
2. ETS4 of ETS5-project exporteren.
–
Dit bestand kan in het profiel van de Busch-ControlTouch
door de installateur gedaan.
8.3
Toelichting op het inbedrijfnameproces
In dit hoofdstuk worden de werkstappen toegelicht die nodig zijn voor de inbedrijfname van een
Busch-ControlTouch
klant) en zijn eindklant. Ieder apparaat moet eerst door een "vakkundige klant" geregistreerd
worden zodat de eindklant daarna het apparaat naar eigen wensen kan configureren. Hiervoor
moet de installateur een account maken op MyBuildings en dit registeren. Ook de eindklant kan
zich laten registreren. Nadat de installateur het apparaat heeft geregistreerd, kan deze een
automatische mail laten genereren voor de eindklant. Deze mail bevat een link naar de
registratiepagina. Hier kan de eindklant zich dan ook voor de persoonlijke toegang tot dit
apparaat aanmelden.
Het inbedrijfnameproces is hieronder beschreven:
1. Registratie apparaat
–
Voor de installatie/configuratie is vooraf een registratie nodig.
Dit gebeurt via MyBuildings (voor een toelichting zie ). Daarmee krijgt men een
persoonlijk account voor het apparaat op de inbedrijfnameserver.
Opmerking
Waarschuwing! Dit is niet de direct inbedrijfname van het apparaat!
2. Configuratie
–
De configuratie wordt uitgevoerd via de MyBuildings in een webbrowser. Met deze
software wordt de systeemconfiguratie gemaakt.
–
De systeemconfiguratie is op een centrale server opgeslagen en wordt door de Busch-
ControlTouch
–
De groepsadressen uit de ETS 4, ETS5 of hoger worden geïmporteerd door het inlezen
van het KNX-project direct op de inbedrijfnameserver.
–
Meer opties zoals Philips Hue kunnen apart geconfigureerd worden. Hiervoor moeten
de componenten echter wel verbonden zijn met het systeem.
3. Verbinding van apparaten (voor de elektrische aansluiting Busch-ControlTouch
Verdere componenten van de huisautomatisering (bijvoorbeeld Philips Hue) moeten worden
Producthandboek 2CKA002273B5273
®
2. Dit hoofdstuk richt zich tot de uitvoerende installateur (vakkundige
®
2 KNX gedownload.
Inbedrijfname
®
2 worden geladen. Dit wordt
®
2 zie )
│35