Bevestiging aan de wand
Om te voorkomen dat het fornuis kantelt, dient u het
met de meegeleverde haak aan de wand te bevestigen.
Neem het montagevoorschrift voor bevestiging aan de
wand in acht.
Plaatsen van het apparaat
Het apparaat moet volgens de opgegeven maten
■
worden geplaatst en direct op het vloeroppervlak
van uw keuken. Het apparaat mag niet boven op wat
voor object dan ook worden geplaatst.
Voor de afstand tussen de bovenkant van het fornuis
■
en de onderzijde van de afzuigkap moet u zich
houden aan de instructies van de fabrikant van de
afzuigkap.
Let erop dat het apparaat na de plaatsing niet meer
■
wordt verschoven. De afstand tussen de extra
krachtige brander of wokbrander met aangrenzende
keukenmeubels resp. de muur moet minstens 50
mm bedragen.
:
Waarschuwing – Risico van een gaslek!
Het apparaat mag na de installatie niet meer verplaatst
worden.
Wanneer u het apparaat na de installatie verplaatst,
controleer de aansluiting dan op lekkage.
Maatregelen tijdens het transport
Bevestig alle beweegbare onderdelen in en op het
apparaat met plakband, dat zonder sporen verwijderd
kan worden. Schuif alle toebehoren (bijv. de bakplaat)
met een dunne strook karton aan beide zijden in de
vakken om beschadiging van het apparaat te
voorkomen. Leg karton of iets dergelijks tussen de
voorzijde van de bakplaat en de achterzijde van de deur
om te voorkomen dat de bakplaat tegen de binnenzijde
van de glazen deur stoot. Bevestig de deur en, indien
aanwezig, de bovenste afdekking met plakband aan de
zijden van het apparaat.
Bewaar de originele verpakking van het apparaat.
Transporteer het apparaat alleen in de originele
verpakking. Let op de transportpijlen op de verpakking.
Als de originele verpakking niet meer beschikbaar is
Verpak het apparaat in een beschermende verpakking
om voldoende bescherming tegen eventuele
transportschade te garanderen.
Transporteer het apparaat rechtop. Houd het apparaat
niet aan de deurgreep of aan aansluitingen op de
achterzijde vast, omdat deze dan beschadigd kunnen
raken. Leg geen zware voorwerpen op het apparaat.
Plaatsen en aansluiten
nl
11