I
Instructies voor EMC-correcte installatie
Filters
Ruis afkomstig van het kabelnetwerk - zowel door kabels
als door de lucht overgebracht - kunnen worden voorkomen
door de juiste filters te gebruiken. De filters of equivalenten
hiervan die zijn opgenomen in het produktprogramma
moeten geïnstalleerd worden, en bij het hermonteren dienen
de installatie-instructies voor de filters te worden opgevolgd.
VLT 3502-3562
Alle modellen zijn verkrijgbaar met of zonder ingebouwd
RFI-filter. RFI-filters kunnen eveneens als aparte module/
optie worden aangeschaft. Zie artikelassortiment.
VLT 3575-3800 en 3542-3562, 230V
RFI-filters zijn verkrijgbaar in een aparte IP54 behuizing of in
een IP20-versie voor aparte installatie.
Er moet worden voldaan aan speciale richtlijnen voor de
installatie.
Mechanische installatie
VLT 3502 - VLT 3511, IP00/21 behuizing zonder ingebouwd
RFI-filter moet altijd tegen een geleidende achterplaat wor-
den geïnstalleerd.
Installeer de metalen kast van de VLT frequentie-omvormer
tegen de achterplaat. De achterplaat moet stroomgeleidend
zijn en als een gewone HF aardingsreferentie voor de VLT
frequentie-omzetter en de RFI/module werken. De VLT
frequentie-omvormer en de RFI/module moeten worden
geïnstalleerd met de laagst mogelijke HF-impedantie naar
de achterplaat. Dit kan het beste worden gedaan via de
bevestigingsbouten van de behuizing. Aangezien de alumi-
nium behuizing van de apparaten geanodiseerd is en dus
elektrisch isoleert, moeten er getande (gekartelde) dich-
tingsringen worden gebruikt om de anodisering te
doordringen - of het geanodiseerde oppervlak moet worden
verwijderd. Denk er tevens aan lak of verf van de
achterplaat te verwijderen.
VLT 3502-11, IP00/21 behuizing met RFI-filter
VLT 3502-11, IP54 behuizing en VLT 3616-62 , IP20/IP54
De apparaten kunnen geïnstalleerd worden op een al dan
niet stroomgeleidende achterplaat, aangezien het RFI-filter
is ingebouwd en de afscherming van de stuurkabels en de
motorkabel kan worden beëindigd in de apparaten.
Indien er een stroomgeleidende achterplaat wordt gebruikt,
moet de VLT frequentie-omvormer worden geïnstalleerd met
de laagst mogelijke HF-impedantie naar de achterplaat, en
moet worden voldaan aan de instructies voor de installatie.
RFI filter /IP20 voor VLT 3575-3800 en 3542-3562, 230V
•
Het filter moet worden geïnstalleerd op hetzelfde paneel
als de frequentie-omvormer. Het paneel moet stroom-
geleidend zijn. Zowel de frequentie-omvormer als het fil-
ter moeten een goede hoge-frequentie-verbinding met
het paneel hebben.
20
VLT
®
3500 HVAC
•
Het filter moet zo dicht mogelijk bij de ingang van de
frequentie-omvormer worden aangesloten, op een af-
stand van ten hoogste 1 meter.
•
Het filter van het elektriciteitsnet moet aan beide zijden
worden geaard.
•
Voordat het filter op het paneel wordt gemonteerd,
moeten alle oppervlaktebehandelingen enz. worden
verwijderd.
NB!:
Het filter moet worden geaard voor verbinding
met het elektriciteitsnet.
RFI-module IP54 voor VLT 3575-3800 en 3542-3562, 230 V
•
Verwijder de bedradingsplaat en de Philips schroeven
aan de rechterzijde van de VLT 3500 HVAC (bewaar de
schroeven van de bedradingsplaat voor later gebruik).
•
Plaats de IP54 RFI-optie in het rechtergedeelte van de
VLT 3500 HVAC.
Motorkabel
Om aan de EMC-specificaties met betrekking tot emissie en
immuniteit te voldoen, moet de motorkabel worden afge-
schermd, tenzij dit voor het netfilter in kwestie anders is
aangegeven. Het is belangrijk om de motorkabel zo kort
mogelijk te houden, dit om het interferentieniveau en de
lekstromen tot een minimum te beperken.
De afscherming van de motorkabel dient te worden aangeslo-
ten op de metalen behuizing van de frequentie-omvormer en
op de metalen behuizing van de motor. De aansluitingen voor
de afscherming moeten gemaakt worden door een zo groot
mogelijk oppervlak (kabelklem, kabelver-binding) te gebruiken.
Dit wordt mogelijk gemaakt door verschillende installatie-
systemen in de verschillende VLT frequentie-omvormers (zie
de installatie- instructies, pagina
gedraaide kabeluiteinden (pigtails) dient vermeden te worden,
aangezien dit het afschermende effect bij hogere frequenties
vermindert. De afscherming van de motorkabel moet in
principe niet worden onderbroken en niet worden geaard in
het proces. Indien het noodzakelijk is de afscherming te
onderbreken om een motorbescherming of motorrelais te
installeren, dient de afscherming te worden voortgezet met de
laagst mogelijke HF-impedantie.
MG.35.B1.10 – VLT is een geregistreerd handelsmerk van Danfoss
pagina 21-22, punt D). Montage met
pagina
pagina
pagina