9.5
KLEINE STORINGEN OPLOSSEN
In sommige gevallen kunt u zelf aan de hand van de onderstaande instructies eventuele kleine storingen verhelpen.
1. Controleer, als het programma niet start, of:
De wasmachine voor instrumenten op het elektriciteitsnet is aangesloten;
De levering van de elektrische stroom niet is onderbroken.
De waterkraan geopend is.
De deur van de wasmachine voor instrumenten op correcte wijze is gesloten.
2. Controleer, als er water in het apparaat achterblijft, of:
Er geen knik in de afvoerslang zit.
De sifon van de afvoer niet verstopt is.
De filters van de wasmachines voor instrumenten niet verstopt zijn.
3. Wanneer de algemene elementen van de lading niet worden gereinigd, moet u controleren of:
Er (voldoende) reinigingsmiddel is ingevoerd;
Het speciale reservoir regeneratiezout bevat.
De instrumenten op correcte wijze waren geplaatst.
Het geselecteerde programma geschikt was voor het type en de aard van vervuiling van de instrumenten.
Alle filters schoon zijn en op juiste wijze in hun houders zijn geplaatst.
De uitgangsopeningen van de sproeiarmen niet verstopt zijn.
De draaiing van de sproeiarmen niet door een voorwerp werd belemmerd.
Controleer of de dop van het zoutreservoir goed is afgesloten.
4. Controleer, als de elementen van de lading niet droog worden of mat blijven:
De staat van het absolute filter: als machineparameter weergegeven aantal bedrijfsuren (de default-bedrijfsuren
zijn bepaald op basis van normale gebruiksomstandigheden; omgevingen met een graad van vervuiling boven het
gemiddelde zullen de nuttige levensduur van het droogfilter verkorten).
Of het daarvoor bestemde reservoir neutralisatiemiddel bevat;
Of de dosering ervan goed is ingesteld;
Of de kwaliteit van het gebruikte reinigingsmiddel goed is, en de eigenschappen er niet verloren van zijn gegaan
(bijv. als gevolg van een onjuiste opslag, met geopende verpakking).
Controleer of de dop van het zoutreservoir goed is afgesloten.
5. Als de behandelde elementen strepen, vlekken of vergelijkbaar hebben, moet u controleren of:
De regeling van de neutralisatiemiddeldosering niet te hoog is.
6. Als er roestsporen zichtbaar zijn in de kuip:
De kuip is van corrosiebestendig staal en eventuele roestsporen zullen daarom veelal afkomstig zijn van buitenaf
(stukjes roest afkomstig van de waterleiding, enz.). Om deze vlekken te verwijderen vindt u in de handel speciale
producten;
Controleer of u de juiste reinigingsmiddeldoseringen gebruikt. Sommige reinigingsmiddelen kunnen agressiever
zijn dan andere;
Gebruikershandleiding
fig. 46 – Programmascherm zelf-desinfectie "PdiS".
WD2145 - WD1160 - WD4060 - WD4190
Pag. 77 - 97