360-45011
390-40011
5. INSTELLINGEN
U kan de verschillende parameters eenvoudig programmeren en instellen op de daglichtstuurmodule
m.b.v. de 4 bedieningsknoppen (zie ook 'Snelgids').
5.1. General set (zie 'Snelgids', punt A en D)
In dit menu kan u:
Type toepassing selecteren (10.01, 11.01, 12.01, 13.01, 14.01)
Aantal actieve kanalen selecteren (1, 2 of 3 zones/ruimtes)
Mode selecteren:
- Custom: In deze mode kan u instellingen en parameters van de daglichtstuurmodule
wijzigen.
- Backup: In deze mode kan u opgeslagen instellingen en parameters van de daglichtstuurmodule
bekijken.
- Factory:
In deze mode werkt de daglichtstuurmodule volgens de fabrieksinstellingen, deze
kan u enkel bekijken, niet wijzigen.
Werking met of zonder DIM-geheugen selecteren:
- Met DIM-geheugen: Als het systeem van automatische naar manuele mode overgeschakeld
wordt, is het lichtniveau in alle actieve kanalen identiek aan het lichtniveau op het moment dat
de manuele mode verlaten werd.
- Zonder DIM-geheugen: Als het systeem van automatische naar manuele mode overgeschakeld
wordt, is het lichtniveau in alle actieve kanalen maximaal.
5.2. Adjustment (zie 'Snelgids', punt B, C en D)
In dit menu kan u:
Daglichtfactor (DF) instellen:
De daglichtfactor is de verhouding tussen het effectieve daglichtniveau (lx ind) in een zone en het daglichtniveau
dat de lichtsensor meet. De parameters voor de daglichtfactor moeten gemeten worden op een moment van
de dag wanneer er voldoende daglicht is en ZONDER de invloed van kunstlicht. Parameters:
NL
7