NEDERLANDS
NON-STOP-programma - Wassen en
Automatisch drogen
De maximale lading bedraagt 3.5 kg voor
katoen en 2 kg voor synthetica.
Let op! Maak geen gebruik van een
wasmiddeldoseerbol als u een was-
en droogprogramma uitvoert.
1. Wasgoed in de machine doen.
2. Voeg wasmiddel en een wasverzachter
toe.
3. Schakel de machine in door de keuze-
knop op het gekozen wasprogramma/
stof te zetten.
4. Selecteer de gewenste opties door
middel van de desbetreffende toetsen.
Kies, indien mogelijk, geen centrifu-
getoerental dat lager is dan de snel-
heid die de machine heeft voorgesteld om
een te lange droogtijd te voorkomen en
zo energie te besparen.
Het verlagen van het centrifugetoeren-
tal is hoe dan ook alleen mogelijk na-
dat u "drogen" gekozen heeft.
Voor katoen en synthetica is de laagste
waarde die u kunt instellen 900 t.p.m.
5. Stel de drooggraad in door te drukken
op toets 9. Het display toont de hele
duur van het wasprogramma en de ge-
selecteerde droogcyclus.
Nuttige aanwijzingen en tips
De was sorteren
Houd u aan de wassymbolen op de etiket-
ten, waarvan elk kledingstuk voorzien is, en
de wasvoorschriften van de fabrikant. Sor-
teer het wasgoed als volgt wit, bont, syn-
thetisch, fijne was, wol
Vlekken verwijderen
De kans bestaat dat hardnekkige vlekken
niet kunnen worden verwijderd met alleen
water en wasmiddel Het is daarom aan te
bevelen vlekken eerst te behandelen alvo-
rens het kledingstuk te wassen
6. Start het programma door te drukken
op toets 5. De resterende tijd wordt
elke minuut bijgewerkt op het display.
7. Draai aan het einde van het program-
ma de programmakeuzeknop op stand
om de machine uit te schakelen. De
trommel legen.
Pluisjes in de kleding
Tijdens de WAS- EN/OF DROOGFASE kun-
nen bepaalde soorten stof, een sponsdoek-
je of een trui, pluisjes afgeven.
Deze vrijgegeven pluisjes kunnen aan de
stoffen kleven tijdens de volgende cyclus.
Dit nadeel verergert bij technische stoffen.
Om dit fenomeen te verhinderen wordt
aanbevolen om:
• Was geen donkere stoffen nadat u licht-
gekleurde stoffen heeft gewassen en ge-
droogd (nieuwe spons, trui) en vice versa.
• dit soort stoffen in openlucht te laten dro-
gen wanneer ze voor het eerst gewassen
zijn.
• de filter te reinigen.
• Voer één of meer spoelcycli uit om de
trommel te reinigen tussen het wassen en
drogen van stoffen met verschillende
kleuren.
• Na de droogfase, reinig de lege trommel,
de pakking en de deur grondig met een
natte doek.
Bloed: behandel verse bloedvlekken met
koud water Laat opgedroogde vlekken een
nacht in water met een vlekkenverwijderaar
inweken; daarna de vlek met het sop uit-
wassen.
Verf op oliebasis: bevochtig de vlek met
wasbenzine, leg het kledingstuk op een
zachte doek en dep de vlek; meerdere ma-
len behandelen.
Opgedroogde vetvlekken: bevochtig de
vlek met terpentine, leg het kledingstuk op
een zacht oppervlak en dep de vlek met de
vingertoppen en een katoenen doek.
54