4
Cursorbesturing, aanraakscherm en
toetsenbord
Cursorbesturing gebruiken
Voorkeuren voor aanwijsapparaten instellen
Gebruik Eigenschappen voor Muis in Windows om instellingen voor cursorbesturingsapparaten te
wijzigen, zoals de configuratie van de knoppen, de kliksnelheid en de opties voor de aanwijzer.
Selecteer Start > Configuratiescherm > Hardware en geluiden > Muis om Eigenschappen voor
muis te openen.
Touchpad gebruiken
Als u de aanwijzer wilt verplaatsen, schuift u een vinger over het oppervlak van het touchpad in de
richting waarin u de aanwijzer wilt bewegen. Gebruik de knoppen van het touchpad zoals u de
knoppen op een externe muis zou gebruiken. Als u omhoog en omlaag wilt schuiven met de verticale
schuifzone van het touchpad, schuift u met uw vinger omhoog en omlaag over de lijnen.
OPMERKING:
van het touchpad voordat u uw vinger op de schuifzone plaatst. Als u uw vinger doorschuift van het
touchpad naar de schuifzone, wordt de schuiffunctie niet geactiveerd.
Het touchpad aan- en uitzetten
Het touchpad is bij levering standaard ingeschakeld. Wanneer de touchpadzone actief is, is het
lampje uit.
Om het touchpad in en uit te schakelen, drukt u op de functietoetsen fn+f5.
Touchpadbewegingen gebruiken
Het touchpad ondersteunt verschillende touchpadbewegingen die het werken met afbeeldingen of
tekstpagina's eenvoudig en plezierig maken. Om de touchpadbewegingen te activeren, plaatst u twee
vingers gelijktijdig op het touchpad, zoals aangegeven in de volgende gedeeltes.
OPMERKING:
als u het touchpad gebruikt om de aanwijzer te verplaatsen, haalt u eerst uw vinger
u kunt overal op het oppervlak van het touchpad schuiven en knijpen.
Cursorbesturing gebruiken
43