9
Installatie voor olietoevoer ontwerpen
9
Installatie voor olietoevoer ontwerpen
Bereken de installatie voor de olietoevoer, bestaande
uit de tank en het leidingsysteem, zodanig dat een
minimum olietemperatuur van +5 °C bij de brander
niet wordt onderschreden.
AANWIJZING VOOR DE GEBRUIKER
Het gebruik van stookolieadditieven met
verbrandingskatalysatoren wordt niet
aanbevolen, aangezien dat voor deze
brander geen betere
verbrandingsresultaten tot gevolg heeft.
9.1
Oliefilter installeren
Installeer een oliefilter voor de brander.
Om verstoppingen van de sproeier te vermijden,
raden wij u aan om filters van sinterkunststof (SiKu)
te gebruiken.
SCHADE AAN DE INSTALLATIE
door verstopte sproeier.
OPGELET!
Let erop, dat bij sproeiergroottes van
kleiner dan 0,6 gph in principe geen
vilten filters gebruikt worden.
AANWIJZING VOOR DE GEBRUIKER
Geschikte oliefilters zijn bij Buderus als
toebehoren beschikbaar.
36
Blauwevlambrander Logatop BE 1.3 en 2.3 ECO - Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden.
Parameters van de installatie voor de
olietoevoer
Aanbevolen binnendiameter van de
olieleidingen
Maximum aanzuighoogte
Maximum aanvoerdruk
Maximum retourdruk
Maximum aanzuigweerstand (vacuüm)
Tab. 10 Gegevens betreffende de installatie voor de
olietoevoer
Sproeiergrootte gph
0,40 – 0,60
> 0,6
Tab. 11 Aanbevolen filterfijnheden
Gegevens
di 4...10
H = 3,50 m
0,5 bar
1 bar
0,4 bar
Filterfijnheid in µm
maximaal 40
maximaal 75