5.3.4
Ontsteking vlamboog
5.3.4.1
Liftarc
De boog wordt door contact met het werkstuk gestart.
a) Plaats de gaskop van de toorts en de punt van de wolfraamelektrode voorzichtig op het werkstuk (lift-
arc-stroom vloeit, onafhankelijk van de ingestelde hoofdstroom)
b) Kantel de toorts over de toortsgaskop tot er tussen de elektrodepunt en het werkstuk een afstand van
ca. 2-3 mm ontstaat (vlamboog ontsteekt, stroom stijgt tot ingestelde hoofdstroom).
c) Breng de toorts omhoog en draai hem in de normale positie.
Lasproces beëindigen: Haal de toorts van het werkstuk tot de vlamboog wordt onderbroken.
5.4
Spanningsverminderingsvoorziening
Uitsluitend apparaatvarianten met de toevoeging (VRD/SVRD/AUS/RU) zijn uitgerust met een spannings-
verminderingsinrichting (VRD). Deze dient als extra veiligheid in gevaarlijke omgevingen (zoals bijv.
scheepsbouw, aanleg van buisleidingen, mijnbouw).
De spanningsverminderingsinrichting wordt in sommige landen en in vele veiligheidsvoorschriften van
lasstroombronnen voorgeschreven.
Het signaallampje VRD > zie hoofdstuk 4.3 brandt wanneer de spanningsverminderingsinrichting zonder
problemen functioneert en de uitgangsspanning tot de door de desbetreffende norm voorgeschreven
waarde wordt gereduceerd (technische gegevens > zie hoofdstuk 8).
099-002128-EW505
18.09.2023
Afbeelding 5-13
Opbouw en functie
Spanningsverminderingsvoorziening
27