Nederlands
1
Algemeen
Betreffende dit document
2
Veiligheid
2.1
Aanduiding van aanwijzingen in de
bedieningsvoorschriften
Symbolen
46
Extra inbouw- en bedieningsvoorschriften
De taal van de originele inbouw- en bedieningsvoorschriften is Duits.
Alle andere talen in deze inbouw- en bedieningsvoorschriften zijn een
vertaling van de originele inbouw- en bedieningsvoorschriften.
De inbouw- en bedieningsvoorschriften (resp. extra inbouw- en
bedieningsvoorschriften) maken deel uit van het product. Zij dienen
altijd in de buurt van het product aanwezig te zijn. Het naleven van
deze instructies is dan ook een vereiste voor een juist gebruik en de
juiste bediening van het product.
De inbouw- en bedieningsvoorschriften zijn in overeenstemming met
de uitvoering van het apparaat en alle van kracht zijnde veiligheids-
technische voorschriften en normen op het ogenblik van het ter perse
gaan.
EG-verklaring van overeenstemming:
Een kopie van de EG-verklaring van overeenstemming maakt deel uit
van de inbouw- en bedieningsvoorschriften van de betreffende pom-
penserie.
Deze verklaring wordt ongeldig in geval van een technische wijziging
van de daarin genoemde bouwtypes, die niet met ons is overlegd, als-
ook in geval van veronachtzaming van de verklaringen in de inbouw-
en bedieningsvoorschriften over veiligheid van het product/perso-
neel.
Deze extra inbouw- en bedieningsvoorschriften bevatten fundamen-
tele aanwijzingen voor de toepassing in explosiegevaarlijke bereiken
die bij de installatie, het bedrijf, de bewaking en het onderhoud van
het product in acht moeten worden genomen. Daarom dienen deze
inbouw- en bedieningsvoorschriften altijd vóór de montage en inbe-
drijfname door de monteur en het verantwoordelijke vakpersoneel/de
verantwoordelijke eindgebruiker te worden gelezen.
Niet alleen de algemene veiligheidsaanwijzingen in de paragraaf "Vei-
ligheid" moeten in acht worden genomen, maar ook de specifieke
veiligheidsaanwijzingen onder de volgende punten die met een geva-
rensymbool aangeduid worden.
Naast deze extra bedieningsvoorschriften gelden de volgende
inbouw- en bedieningsvoorschriften die absoluut in acht moeten
worden genomen om gevaren te voorkomen:
• Inbouw- en bedieningsvoorschriften voor de pompserie
• Inbouw- en bedieningsvoorschriften voor de motor
De bovengenoemde voorschriften houden geen rekening met de
plaatselijke bepalingen. Voor de naleving hiervan – ook door het
betrokken montagepersoneel - is de eindgebruiker verantwoordelijk.
Neem contact op met de Service-International van WILO SE voor
extra informatie of aanwijzingen en in geval van schade.
Algemeen gevarensymbool
Gevaar door elektrische spanning
Bijzondere veiligheidsaanwijzing betreffende explosiebeveiliging
AANWIJZING
WILO SE 02/2017