•
Verwijder nadat de kookplaat voldoende is
afgekoeld: kalk- en waterkringen, vetspatten en
metaalachtig glanzende verkleuringen. Reinig de
kookplaat met een vochtige doek en een beetje niet-
schurend reinigingsmiddel. Droog de kookplaat na
reiniging af met een zachte doek.
Probleemoplossing
WAARSCHUWING! Raadpleeg de
hoofdstukken Veiligheid.
Wat moet u doen als...
Probleem
U kunt de kookplaat niet inschake-
len of bedienen.
Er klinkt een geluidssignaal en de
kookplaat wordt uitgeschakeld.
Er weerklinkt een geluidssignaal als
de kookplaat wordt uitgeschakeld.
De kookplaat schakelt uit.
De restwarmte-indicator gaat niet
aan.
De automatische opwarmfunctie
start niet.
10
•
Verkleuring glanzende metalen verwijderen:
reinig het glazen oppervlak met een doek en een
oplossing van water met azijn.
Mogelijke oorzaak
De kookplaat is niet aangesloten op
een stopcontact of is niet goed
geïnstalleerd.
De zekering is doorgeslagen.
U hebt twee of meer tiptoetsen te-
gelijk aangeraakt.
Er ligt water of vetspatten op het be-
dieningspaneel.
U hebt een of meer tiptoetsen afge-
dekt.
U hebt iets op de tiptoets
plaatst.
De zone is niet heet, omdat hij
slechts kortstondig is bediend.
De zone is heet.
De hoogste verwarmingsstand is in-
gesteld.
Oplossing
Controleer of de kookplaat goed is
aangesloten op het lichtnet. Raad-
pleeg het aansluitdiagram.
Controleer of de zekering de oor-
zaak van de storing is. Als de zeker-
ingen keer op keer doorslaan,
neemt u contact op met een er-
kende installateur.
Schakel de kookplaat opnieuw in en
stel de kookstand binnen 10 secon-
den in.
Raak slechts één tiptoets tegelijk
aan.
Reinig het bedieningspaneel.
Verwijder het voorwerp van de tip-
toetsen.
Verwijder het object van de tiptoets.
ge-
Als de kookzone lang genoeg in
werking is geweest om heet te zijn,
neemt u contact op met de klanten-
service.
Laat de zone voldoende afkoelen.
De hoogste kookstand heeft het-
zelfde vermogen als de functie.