Montage 3
3.3 Vereiste minimum afstanden voor de opstelling
100
100
100
800
Afb. 3.2 Minimum afstanden
Bij de opstelling van de ketel moeten de in afb. 3.2
getoonde minimum afstanden aangehouden worden om
een volledige toegankelijkheid van de ketel te
garanderen.
De zijdelingse afstand voor de montage van de
bekledingsplaten moet minstens 100 mm bedragen.
3.4 Montage van de bekleding
De ketels worden gereed voor aansluiting met
gemonteerde bekleding geleverd. De demontage van
bekledingsdelen is voor de installatie van de ketel in de
regel niet vereist.
BE
9
Installatie- en onderhoudshandleiding atmoVIT
FL