Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Inhoudsopgave

Advertenties

Locdecoders serie 30

7. Programmeren

Programmering met DCC-centrales
Vanuit de centrale kunt u de configuratievariabelen (CVs) van de
decoder programmeren, de hoofdspoorprogrammering is eveneens
mogelijk. Lees daartoe goed het betreffende hoofdstuk in de
handleiding van uw centrale, waarin de byteprogrammering van de CVs
(direct programming) en de hoofdspoorprogrammering (POM) zijn
beschreven. Met centrales die alleen registerprogrammering kennen
kunt u alleen CV#1, CV#2, CV#3, CV#4 en CV#29 (= register 1 t/m 5)
programmeren.
Programmering met Motorola-centrales
In het Motorola-format worden de instellingen in het register
geprogrammeerd.
Let op: Wanneer u een centrale gebruikt die zowel het DCC als het
Motorola-format zendt is het programmeren in DCC-format aan te
bevelen. U kunt de decoder na het programmeren aansturen in het
Motorola-format.
Let op: sluit voor het programmeren met een Motorola centrale op
AUX1 of AUX2 minstens een lamp of LED aan, daar dit tijdens het
programmeren door het knipperen van de verlichting op deze twee
uitgangen wordt aangegeven dat de decoder in programmeermode
staat. De knipper frequentie geeft aan welke invoer verwacht wordt:
Langzaam knipperen
Nummer van het te
programmeren register
Zet het voertuig op een railovaal of een railstuk dat met de railuitgang
van de centrale is verbonden (niet met de aansluiting voor het
programmeerspoor) . Overtuig u ervan dat er geen ander voertuig op
de rails staat, omdat de zich daarin bevindende decoder eventueel ook
geprogrammeerd wordt.
Snel knipperen
Waarde van het te
programmeren register
Nederlands
Pagina 31

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave