Menu 7.1.10.3 - Instelling Graadminuten; Menu 7.3.2.1 - Warmtepompinstellingen - Nibe SMO S40 Handleiding Voor Installateur
Regel
Verberg thumbnails
Zie ook voor SMO S40:
- Handleiding voor de installateur (76 pagina's) ,
- Gebruikershandleiding (20 pagina's) ,
- Startgids (13 pagina's)
Inhoudsopgave
Advertenties
MENU 7.1.10.3 - INSTELLING
GRAADMINUTEN
Actuele waarde
Instelbereik: -3 000 – 100 GM
Verwarming auto
Insteloptie: aan/uit
Start compressor
Instelbereik: -1 000 – (-30) GM
Stapverschil compressor
Instelbereik: 10 – 2 000 GM
Relatieve GRD MIN start bijverwarming
Instelbereik: 100 – 2 000 GM
Verschil tussen stappen bijverwarming
Instelbereik: 10 – 1 000 GM
Koeling auto
Insteloptie: aan/uit
Actieve koeling starten
Alternatieve instelling: 10 – 300 GM
Graadminuten koeling
Alternatieve instelling: -100 – 3 000 GM
GM = graadminuten
Graadminuten zijn een meting van de huidige warmte-
vraag in de woning en bepalen wanneer de compressor
of de bijverwarming wordt gestart/gestopt.
LET OP!
Een hogere waarde voor "Start compressor"
kan voor meer compressorstarts zorgen,
waardoor de compressor sneller slijt. Een te
lage waarde kan resulteren in ongelijkmatige
binnentemperaturen.
MENU 7.2 - INSTELLINGEN ACCESSOIRES
De bedrijfsinstellingen voor accessoires die geïnstalleerd
en geactiveerd zijn, worden verricht in de daarvoor be-
doelde submenu's.
MENU 7.2.1 - ALTERNATIEVE ACCESSOIRES
Hier meldt u de SMO S40 welke accessoires er geïnstal-
leerd zijn.
Om de aangesloten accessoires automatisch te identifi-
ceren, selecteert u "Zoeken naar accessoires". Het is
ook mogelijk om handmatig accessoires uit de lijst te
kiezen.
MENU 7.3 - MULTI-INSTALLATIE
In de submenu's voert u de instellingen voor de warm-
tepomp in die is aangesloten op de SMO S40.
NIBE SMO S40
MENU 7.3.1 - CONFIGUREREN
Geïnstalleerde warmtepompen zoeken: Hier kunt u
aangesloten warmtepompen zoeken, activeren of deac-
tiveren.
LET OP!
In multi-installaties moet elke warmtepomp
een unieke ID hebben. U voert deze in voor
elke warmtepomp die op de SMO S40 is aan-
gesloten.
In systemen met meerdere lucht/water-
warmtepompen moet elke pomp een uniek
adres hebben. Dit moet worden ingesteld met
een dip-switch in de betreffende lucht/water-
warmtepomp die is aangesloten op SMO S40.
MENU 7.3.2 - GEÏNSTALLEERDE
WARMTEPOMPEN
Hier selecteert u de instellingen die u voor elke warmte-
pomp wilt invoeren.
MENU 7.3.2.1 -
WARMTEPOMPINSTELLINGEN
Hier kunt u specifieke instellingen voor de geïnstalleerde
warmtepompen invoeren. Zie de installateurshandleiding
van de warmtepomp voor de mogelijke instellingen.
MENU 7.3.3 - NAAM WARMTEPOMPEN
Hier kunt u de warmtepompen die op de SMO S40 zijn
aangesloten, een naam geven.
MENU 7.3.4 - KOPPELING
Hier stelt u in hoe uw systeem hydraulisch is gekoppeld,
met betrekking tot de verwarming van het pand en
eventuele accessoires.
Dit menu heeft een koppelingsgeheugen, wat betekent
dat het regelsysteem onthoudt hoe een specifieke wis-
selklep gekoppeld is en automatisch de juiste koppeling
kiest bij de volgende keer dat dezelfde wisselklep wordt
gebruikt.
Markeerframe
Hoofdeenheid/warmtepomp
WARMTEPOMP 1
Te selecteren onderdelen
Hoofdstuk 9 | Regeling – Menu's
Werkruimte
59
Advertenties
Inhoudsopgave
