4-24
Gebruik
Temperatuurparameters
Afb. 4-15
T1
P/N 7146505A
LET OP: Met de maximum bedrijfstemperatuur van de geïnstalleerde
aanbrengkoppen en andere verwarmde systeemcomponenten moet bij
instellen van de temperaturen rekening worden gehouden.
Linker temperatuurkolom (geel): gemeten waarden
Rechter temperatuurkolom (groen): gewenste waarden
OPMERKING: Een kanaal is gedeactiveerd als de betreffende gemeten
waarden de waarde 0 (nul) hebben.
Voor- en Hoofdsmeltzone: 175 °C (347 °F)
Hose1 / Gun1: 175 °C (347 °F)
Alle anderen kanalen: 40 °C (100 °F)
Temperatuur wijzigen
Bijvoorbeeld: de temperatuur van 220 °C op 230 °C verhogen
Afb. 4-16
1. Druk in de rechter temperatuurkolom (gewenste waarde) op het groene
veld 220 °C.
2. Voer in het invoervenster 230 in en bevestig met
VersaBlue_NW_Siemens
230
.
E 2008 Nordson Corporation