Beveiliging
Beveiliging
Systeem-PIN wijzigen
Met de PIN-code (persoonlijk identificatienummer) beveiligt u de volgende instellingen
tegen onbevoegd gebruik:
Instellingen voor de gesprekskosten
◆
Interne en externe doorschakelingen
◆
SMS-servicecentrales, toestelconfiguraties, beveiligings-, ISDN- en systeeminstel-
◆
lingen
Configuratie-wizard
◆
De PIN-code is alleen effectief als dit een andere code is dan 0000.
Standaard is de PIN-code "0000".
¢
v
w
Ð
/
~
OK
~
OK
Zorg dat u de nieuwe PIN-code onthoudt! Als u deze vergeet, moet het
!
toestel worden hersteld. Neem in dat geval contact op met de Siemens-
hotline (pagina 109).
Autorisaties vastleggen
U kunt voor alle aangemelde apparaten verschillende autorisaties instellen:
(standaard instelling)
◆
Onbegrensd
Alle toestellen kunnen inkomende en uitgaande externe/interne gesprekken voeren.
◆
Alleen aannemen
De toestellen kunnen inkomende externe oproepen beantwoorden. Uitgaande
gesprekken naar extern zijn niet mogelijk. Er kunnen interne gesprekken (uitgaand
en inkomend) worden gevoerd. Er kunnen noodnummers worden gekozen.
◆
Alleen intern
De toestellen kunnen alleen interne gesprekken (uitgaand en inkomend) voeren. Er
kunnen noodnummers worden gekozen.
¢
v
w
Ð
/
s
Int11: Intern 11
Í
s
Alleen intern
68
¢
¢
Basis
Instellingen
Nieuwe systeem-PIN invoeren (maximaal 8 cijfers, 0
t/m 9) en bevestigen.
Nieuwe systeem-PIN herhalen en bevestigen.
¢
¢
Basis
Instellingen
Intern nummer selecteren, bijvoorbeeld
.
11
Displaytoets indrukken om het submenu te openen.
Autorisatie selecteren, bijvoorbeeld
bevestigen. Ingestelde autorisatie is gemarkeerd
met ‰ .
¢
¢
Veiligheid
PIN wijzigen
¢
¢
Veiligheid
Autorisaties
Int11: Intern
, en
Alleen intern