36
Navigatie
ñ: toont opnieuw het gebied rond de
actuele locatie.
ò: toont het gebied rondom het thuis‐
adres.
ó: toont het gebied rond de bestem‐
ming.
Selecteer Ù om terug te keren naar
het standaardweergave voor naviga‐
tie.
Zichtbaar kaartgedeelte centreren
Tik op de gewenste locatie op het
scherm om de kaart rond de locatie te
centreren.
Bij de desbetreffende locatie
verschijnt d in rood en het bijbeho‐
rende adres wordt op een label weer‐
gegeven.
Handmatig inzoomen
U zoomt in om een specifieke locatie
op de kaart door twee vingers op het
scherm te zetten en ze uit elkaar te
bewegen.
Of tik op < onder de kaartweergave.
U zoomt uit en geeft een groter
gebied rond de geselecteerde locatie
weer door twee vingers op het
scherm te zetten en ze naar elkaar
toe te bewegen.
Of tik op ] onder de kaartweergave.
Overzicht van de route weergeven
Tik op ø, kies Kaart raadpl. en tik
daarna op ö.
De kaartweergave schakelt over op
Noorden boven en toont een over‐
zicht van de actuele route.
Tik op Ù om terug te keren naar het
standaardweergave voor navigatie.
Gesproken begeleiding
De routebegeleiding kan worden
ondersteund door gesproken instruc‐
ties van het systeem.
Om de functie te activeren of deacti‐
veren:
Selecteer MENU in het hoofdmenu
navigatie, selecteer Instellingen
gevolgd door het tabblad Vocaal.
Activeer of deactiveer
Spraakweergave navigatieberichten
inschakelen.
Navigatie-instellingen
Selecteer MENU in het hoofdmenu
navigatie gevolgd door Instellingen
om het desbetreffende menu weer te
geven met diverse navigatiespeci‐
fieke instellingen.