Invoerlade met afdrukmateriaal vullen
De invoerlade kan maximaal 250 pagina's bevatten van 75 g/m2 of minder pagina's van een
zwaarder materiaal (25 mm of een kleinere stapel). Voer het papier in met de bovenrand naar
voren en de afdrukzijde naar boven. Om papierstoringen en het scheeftrekken van papier te
voorkomen, moet u de materiaalgeleiders en de ondersteuning voor lang afdrukmateriaal altijd
instellen.
VOORZICHTIG
Als u probeert af te drukken op materiaal dat is gekreukeld, gevouwen of beschadigd, kan het
afdrukmateriaal vastlopen in de printer. Zie
Opmerking
Als u nieuw afdrukmateriaal toevoegt, moet u al het materiaal uit de invoerlade verwijderen en de
stapel nieuw materiaal recht plaatsen. Zo voorkomt u dat meerdere vellen papier tegelijkertijd in de
printer worden ingevoerd en is de kans dat papier vastloopt kleiner.
Specifieke soorten afdrukmateriaal
NLWW
Transparanten en etiketten: voer transparanten en etiketten in met de bovenrand naar voren
en de afdrukzijde naar boven. Zie
Enveloppen: voer enveloppen in met de smalle, postzegelkant naar voren en de afdrukzijde
naar boven. Zie
Enveloppen afdrukken
Briefhoofdpapier en voorbedrukte formulieren: voer briefhoofdpapier en voorbedrukte
formulieren in met de bovenrand naar voren en de afdrukzijde naar boven.
Zie
Briefhoofdpapier en voorbedrukte formulieren afdrukken
Afdrukmateriaal met een aangepast formaat en kaarten: plaats afdrukmateriaal met een
aangepast formaat en kaarten met de smalle zijde naar voren en de afdrukzijde naar boven.
Zie
Afdrukmateriaal met een aangepast formaat en kaarten
Specificaties voor afdrukmateriaal
Transparanten en etiketten afdrukken
voor meer informatie.
Invoerlade met afdrukmateriaal vullen 21
voor meer informatie.
voor meer informatie.
voor meer informatie.
voor meer informatie.