Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Philips GM 6020 Handleiding pagina 15

Gelijkspanningsmicrovoltmeter
Inhoudsopgave

Advertenties

14 Bediening
800 MHz, als indicator tot 4000 MHz. Met behulp van het T-stuk
GM 6050 T (of PM 9250) kunnen met de meetkop ook metingen aan
coaxiale leidingen worden verricht. Voor het gebruik van de GM 6050
en GM 6050 T wordt verder verwezen naar de desbetreffende ge-
bruiksaanwijzing.
4. Gelijkstromen
N.B. Bij het meten van gelijkstromen moet de voltmeter aan de ge-
aarde zijde in het meetcircuit worden opgenomen. Sluit men de scha-
keling echter via een scheidingstransformator op het net aan, dan is dit
in het algemeen niet nodig.
Daar de grootte van de ingangsweerstand van de voltmeter nauw-
keurig bekend is, kan het apparaat ook gebruikt worden voor het
nauwkeurig meten van zeer kleine gelijkstromen. De stroomsterkte is
dan gelijk aan de door de meter aangewezen spanning gedeeld door de
ingangsweerstand. Via de biassen „0,1 mV . . . 10 V" (BU2) en „~"
(BU1) kunnen op deze wijze stroomsterkten vanaf 10 µµA gemeten
worden (de ingangsweerstand is dan 1 MS2).
Daar het meten van zeer kleine stromen in principe hetzelfde is als het
meten van zeer kleine spanningen, moet ook hier de werkwijze van
punt 2 gevolgd worden.
Voorbeeld — 1n de in fig. 4 gegeven schakeling wordt via de bussen
„0,1 mV . . . 10 V" en
„1"
(ingangsweerstand 1 MS2) een spanning
gemeten van 30 µV. De stroomsterkte is dan:
meteraanwijzing
30.10-e
I
R;
108
A= = 30.10-12 A =
30 µµA.
E 158
Fig. 4
Meten van gel~kstromen

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave