Instelling gewenste waarde ruimtetemperatuur
Voor het instellen van de ruimtetemperatuur comfort
aan de knop (14) draaien.
Voor het instellen van de ruimtetemperatuur geredu-
ceerd:
− Op de toets "OK" (13) drukken
− Selecteer "Verwarmingsgroep 1"
− Stel de gewenste waarde ruimtetemperatuur ge-
reduceerd in.
9
Iedere keer dat u een instelling wijzigt dient u circa
2 uur te wachten zodat de ruimtetemperatuur kan
worden aangepast.
9
Als er geen ruimte sonde is geïnstalleerd, reageert
de gewenste waarde van de ruimtetemperatuur
door een verschuiving van de stooklijn.
− Druk op de toets (5) om van de modus "Automa-
tisch" (b).
− Als de installatie met een ruimte unit is uitge-
rust, controleren of deze "actief" is en stel, met
de knop, de gewenste waarde voor de ruimte in
(~20°C):
− Druk op de toets "Aanwezigheid" (o/l) waar-
door het symbool "o" verschijnt.
− Druk op "ESC" en ga naar de standaardweergave
van het display.
− Als er meerdere verwarmingsgroepen zijn dien
voor ieder circuit de gewenste waarde voor de
ruimte te worden ingesteld.
Het tweede circuit (bijkomstig) kan direct of
gemengd zijn.
− Druk op de toets "OK"
− Selecteer het "Verwarmingsgroep 1-2-3" en
"OK"
stel dan in:
− de gewenste waarde comfort
(param. 710-1010-1310)
− de gewenste waarde gereduceerd
(param. 712-1012-1312)
− de steilheid van de karakteristieke lijn
(param. 720-1020-1320).
Gewenste waarde comfort
Gewenste waarde comfort
13
5
14
13
KLANT