5 Inbedrijfname
Zie montageaanwijzing van de
WPMW
warmtepompmanager WPM.
Wanneer ook warmwater moet
worden bereid mag parameter 42
WPMW
„WP-trappen voor warmwater"
alleen op 01 of 02 worden ingesteld.
Haakschakelaar op de IWS (afb. 16)
Beide schakelaars moeten steeds
op dezelfde schakelaarstand staan.
Bij de warmtepomp WPL 13, 18 en 23
moeten beide gesloten zijn.
6 Werking en bediening
Voor de werking van de
warmtepomp is de
WPMW
warmtepompmanager WPM
noodzakelijk. Deze regelt de gehele
verwarmingsinstallatie. Hieraan worden
de noodzakelijke instellingen uitgevoerd.
Zie gebruiksaanwijzing van de
warmtepompmanager WPM.
Alle instellingen van de wamtepompmanager
WPM moeten door de vakman worden
uitgevoerd.
De spanningsvoorziening van de
warmtepomp mag buiten de
verwarmingsperiode niet wordne
onderbroken, omdat dan de
vorstbescherming van de installatie niet
gewaarborgd is. Normaal gesproken is het
uitschakelen van de installatie in de zomer
niet noodzakelijk, daar de WPM over een
automatische zomer- / winter-
omschakeling beschikt. Bij het buiten
werking stellen van de installatie moet de
WPM stand-by worden gezet. De
veiligheidsfuncties ter bescherming van de
installatie blijven zo behouden. (bijv.
vorstbescherming)
Bij volledig uitgeschakelde warmtepomp
moet bij vorstgevaar de warmtepomp aan
de waterzijde leeggemaakt worden.
16
7 Onderhoud en reiniging
7.1 Onderhoud
De warmtepomp werkt volautomatisch en
heeft geen bijzonder onderhoud nodig
Indien er warmte-energietellers zijn
ingebouwd moeten de snel verstopt rakende
zeven hiervan regelmatig worden gereinigd.
De luchtintrede- en
uittredeopeningen van de
warmtepomp moeten vrij van sneeuw en
bladeren worden gehouden.
7.2 Reiniging
7.2.1 De verdamperlamellen, die na het
verwijderen van het bekledingsdeel aan de
condensorzijde toegankelijk zijn, moeten
regelmatig van loof en verontreinigingen
worden bevrijd.
7.2.2 De condenswaterafvoer in bepaalde
afstanden controleren. Verontreinigingen en
verstoppingen verhelpen.
7.2.3 Bij storingen van de werking van de
warmtepomp door aanslag van
corrosieproducten (roestslib) in de
condensor helpt alleen chemisch losmaken
met behulp van geschikte oplosmiddelen en
spoelpomp door de klantendienst.