6. Workflow > 6.6. Therapieplanning
Met de functie Beam Shaping kan de gebruiker de intensiteit van het ultrasone veld reduceren in
bepaalde gebieden in het nabije veld. Deze gebieden moeten zich dichtbij de huid van de patiënt
bevinden en kunnen bijvoorbeeld luchtbellen, littekenweefsel of huidplooien bevatten. U kunt het
gebied identificeren waar een gereduceerde ultrasone intensiteit gewenst is door een object voor
een orgaanontwijkingsgebied (OAR-gebied) om het desbetreffende gebied te tekenen. Alle
getekende OAR-gebieden worden weergegeven in de lijst Interessegebied (ROI) op de pagina
Planning behandelcel en op het tabblad Opnieuw plannen van de pagina Therapie.
In de volgende afbeelding wordt aangegeven hoe een ROI van een OAR wordt getekend om te
voorkomen dat een litteken wordt verwarmd.
Afb. 86: Een ROI van een OAR getekend om verwarming van een litteken
te voorkomen.
De ultrasone intensiteit wordt gereduceerd door het uitschakelen van bepaalde
transducerelementen die bijdragen aan het ultrasone veld in het OAR-gebied. Om er zeker van te
zijn dat de ultrasone intensiteit bij de behandelcel niet wordt beïnvloed, wordt de ultrasone
intensiteit die wordt afgegeven bij de resterende actieve elementen, evenredig verhoogd. Deze
compensatie leidt tot een corresponderende verhoging van de ultrasone intensiteit bij gebieden die
niet worden beschermd door een OAR.
Gebruik van de functie Beam Shaping of elektronische deflectie verhoogt de verwarming van het
nabije veld. In deze gevallen kan het nodig zijn om langere afkoeltijden aan te houden dan wordt
aanbevolen door het Sonalleve-systeem.
De OAR's moeten zo worden getekend dat ze nauwkeurig de vorm aangeven van het gebied waar
een reductie van de intensiteit gewenst is. Om voldoende bescherming te bieden, moeten ze altijd
minimaal 2 mm uitsteken voorbij de randen van het gebied waar bescherming gewenst is. Voor de
bescherming van bijvoorbeeld 3D-voorwerpen kunnen meerdere OAR's worden getekend. De
snelheid waarmee de software de benodigde berekeningen kan uitvoeren, gaat achteruit als het
aantal OAR's groter wordt of als de OAR's zelf groter worden. Het is dus af te raden meer of
grotere OAR's te tekenen dan noodzakelijk.
Gebruiksaanwijzing
109509A2 /
07-2021
121 (205)